Willy Aarts, 'held' van Stavoren
Van een onzer verslaggevers - STAVOREN, zaterdag
Het Elfstedenijs in de haven van Stavoren ligt er fantastisch bij. Over
de gedweilde dikke vloer glijden goed ingepakte schaatsers. Vierentwintig
uur voordat de Elfstedenrijders hier komen afstempelen, treffen leden van
de plaatselijke ijsclub Eensgezindheid de laatste voorbereidingen.
De Friese Brabander Willy Aarts (35), in het dagelijks leven veehouder in
het IJsselmeerstadje, controleert het stempelhokje. Hoog boven het ijs klappert
het spandoek 'Welkom in Stavoren' in de oostenwind. Als bestuurslid van
Eensgezindheid heeft Aarts het er maar druk mee. Dertien jaar geleden streek
de veehouder vanuit Noord-Brabant neer in het Friese. Aarts: "Zelf ben ik
niet zo'n geweldige schaatser. Maar dat is wel goed. Een bestuurslid van
de ijsclub heeft andere dingen te doen."
Hoewel hij volop bezig is met de tocht der tochten, blikt de Brabander vanonder
zijn Friese ijsmuts toch al voorzichtig vooruit. Misschien zit er dit jaar
ook nog een schaatstocht over het IJsselmeer in, van Stavoren naar Enkhuizen
en terug.
Aarts oogstte vorig jaar februari landelijke bekendheid door de massale
toeloop van schaatsers op de IJsselmeertocht Enkhuizen-Stavoren v.v. Direct
nadat duidelijk werd dat de Elfstedentocht niet doorging, konden de ijsliefhebbers
op 4 februari '96 hun hart ophalen op de uitgezette schaatsroute op het
IJsselmeer. De afstand tussen Stavoren en Enkhuizen bedroeg 22 km. Op en
neer een kleine vijftig kilometer schaatsen. "Volgens mij is het de grootste
sportmanifestatie die ooit is gehouden", zegt Aarts. "Veertigduizend schaatsers
hebben de tocht gereden."
De enorme belangstelling voor de IJsselmeertocht verraste iedereen. Aarts:
"Om negen uur openden we de inschrijving met 3500 kaarten. Al snel kregen
we in de gaten dat er heel erg veel mensen kwamen. Met een lelijke eend
heb ik iemand over het ijs naar Enkhuizen laten rijden om meer inschrijvingskaarten
te halen. Hij kwam terug met de eerste gewonde."
Door de opkomst van tienduizenden schaatsers hadden de leden van de ijsclubs
van Stavoren en Enkhuizen de organisatie niet meer in de hand. Zonder zich
in te schrijven stapten duizenden toerrijders het ijs op. De vloot van vier
rijdende EHBO-wagens moest worden uitgebreid. Het schaatsfestijn liep echt
uit de hand toen een schaatser overleed aan een hartaanval en drie auto's
door het ijs zakten. Op de radio werd het nieuws verspreid dat de tocht
ontaardde in een levensgevaarlijke chaos. De burgemeester zette de brandweer
in om het verkeer te regelen en om, bij het invallen van de duisternis,
de schaatsers van het ijs te halen.
Aarts: "En toen viel iedereen over ons heen, terwijl er eigenlijk niet zo
veel was misgegaan. Van te voren droomden we van tienduizend deelnemers.
Maar dat het er zo veel zouden worden, konden wij niet weten. Uiteindelijk
zijn er veertig deelnemers voor botbreuken en andere wonden in het ziekenhuis
behandeld. Veertig van de veertigduizend: dat is niet veel. Ik denk dat
het er bij de Elfstedentocht meer zullen zijn."
De veehouder wordt nog dagelijks geconfronteerd met 'zijn' IJsselmeertocht,
de eerste sinds drieëndertig jaar. "Vanmorgen belde er iemand met de vraag
wanneer de tocht weer is", glimlacht de boer. "Laten we eerst de Elfstedentocht
maar eens doen. Dan kijken we wel verder. Hier in Stavoren lag het IJsselmeer
twee dagen geleden nog open en in Enkhuizen liggen allemaal ijsbulten. Dus
het ziet er niet zo goed uit."
|