door Fred Soeteman DEN HAAG - Vijfhonderd euro boete is het tarief voor het trio van de 'Biologische bakkersbrigade' dat Pim Fortuyn twee maanden voor zijn dood drie taarten in het gezicht heeft gegooid. Op de zitting van politierechter mr. P. Poustochkine, waar vijf tv-camera's stonden te wachten, kwamen de taartsmijters, onder wie barones P. van T. van S. (28), gisteren zelf niet opdagen omdat zij inmiddels bedreigd zouden zijn.
Toen Fortuyn op 14 maart zijn laatste boek 'De puinhopen van acht jaar Paars' wilde presenteren op een persconferentie in Nieuwspoort, klonken de kreten "Op naar de nul zetels! Geef racisme geen kans!" en werd hem van links, van rechts en van voren het gebak ingewreven. De gooiers, twee vrouwen en een man, konden het pand ongehinderd verlaten. In de rechtszaal werden ze, op één verspreking van de officier van justitie na, nadrukkelijk slechts omschreven als verdachte 1, 2 en 3.
Fortuyn zei op televisie: "Je kunt erom lachen", noemde het "niets ernstigs", en deelde mee dat het geen pijn deed, maar achtte wel zijn integriteit ernstig aangetast. Op 5 april deed hij aangifte. Maar pas op 8 mei, twee dagen nadat hij in Hilversum was doodgeschoten, liet de AIVD (voorheen BVD) aan justitie weten dat men de identiteit van de daders had vastgesteld. "Dus in eerste instantie had de zaak geen enkele prioriteit", concludeerde gisteren advocaat mevrouw mr. C.J.M. van den Brûle, die tevens de stelling 'Een taart is geen steen en ook geen kogel' aan de rechter voorlegde.
Haar collega mevr. mr. M. Lindhout signaleerde dat "nog nooit zó opgeklopt is gereageerd op een ludieke actie", en bestreed dat sprake is geweest van geweld. Het was eerder aaien. Ook de suggestie dat in de taarten uitwerpselen en ander smerigs en bijtends was verwerkt, verwees zij naar het rijk der fabelen. De doordringende stank die Nieuwspoort indertijd vulde, moet afkomstig zijn geweest uit een potje boterzuur dat een onbekende er had neergezet, zei zij.
Hoewel de raadsvrouwen aanvoerden dat de wijze van identificatie door de AIVD geheim is gebleven en dus niet controleerbaar is, dat het Nederlands Forensisch Instituut aan de hand van de ruim voorhanden videobeelden geen uitsluitsel heeft kunnen geven, en dat alleen een politie-inspecteur heeft geverbaliseerd dat hij de gooiers tijdens de verhoren heeft herkend aan de hand van foto's en video, had de rechter geen moeite met het aanwijzen van de daders. Anders dan officier van justitie mr. J. Meulmeester, die dertig uren onbetaald werken en een week voorwaardelijke celstraf vorderde, beperkte rechter mr. Pustouchkine de sanctie tot een boete: "Meteen gevangenisstraf opleggen vind ik óók weer zoiets", zei hij.
"Taart gooien mag dan ludiek heten en het mag in dit geval dan géén pijn hebben veroorzaakt, ik vind wel dat meneer Fortuyns integriteit, zijn ego, zijn eer, nadrukkelijk is aangetast." De rechter verwees daarbij naar Fortuyns "verblufte, uit het lood geslagen blik". Hij onderstreepte dat hij begrip heeft voor alle emoties, maar dat de levensberoving van Fortuyn op 6 mei met déze feiten nu eenmaal niets te maken heeft gehad.