AMSTERDAM - Effectenbank Van der Hoop had al in een vroeg stadium het sterke vermoeden dat het fout zat bij Befra, de vermogensbeheerder uit Bunnik die twee jaar geleden omviel na malversaties door de bestuurder van het bedrijf en de daarop volgende ingreep door de toenmalige STE. Desondanks bleef Van der Hoop samenwerken met Befra en werd de toezichthouder niet gewaarschuwd. Dit blijkt uit een recent getuigenverhoor van bestuursvoorzitter Peter van Hooijdonk van Van der Hoop in de Befra-zaak.
Uiteindelijk zijn door het omvallen van Befra honderd particuliere beleggers voor €4,5 miljoen het schip ingegaan. Niet alleen bleek de door Befra gehanteerde cv-constructie risicovol, ontoelaatbaar en vergunningsplichtig, ook deed bestuurder Bert N. regelmatig een greep in de Befra-kas. Zo maakte hij grote bedragen van de cv-deelnemers op aan een appartement in Scheveningen, dure hotels in tropische oorden en een aanbetaling op een kapitale boerderij in België.
Van der Hoop Effektenbank is een van de partijen die gisteren zijn gedagvaard door de gedupeerden. Naast Van der Hoop worden onder meer ook Friesland Bank Securities (FBS) Rabobank en toezichthouder Autoriteit Financiële Markten (AFM) voor de rechter gedaagd.
Volgens Willem Jan van Andel, raadsman van de gedupeerden, is het onbegrijpelijk dat Van der Hoop de relatie met Befra niet heeft verbroken na een incident dat zich ruim een jaar voor het omvallen van het bedrijf voordeed.
In maart 1999 gaf Bert N., naar wie inmiddels een justitieel onderzoek loopt, aan Van der Hoop opdracht tot een overboeking voor een aanzienlijk bedrag. Het zou gaan om een deelbetaling voor een zwembad van één van de klanten van Befra. Een accountmanager van Van der Hoop kende de klant in kwestie toevallig en wist dat diens zwembad allang klaar was. De boekingsopdracht werd vervolgens ingetrokken. Volgens Van der Hoop wilde N. dus geld aan de rekening onttrekken onder valse voorwendselen. Naar eigen zeggen startte de effectenbank daarop een onderzoek, wat geresulteerd zou hebben in het bevriezen van de relatie met Befra. In feite was daar echter geen sprake van, aangezien de bank negen maanden later een nieuwe verzamelrekening opende op naam van Befra. Daarin gingen vervolgens miljoenen om.
Opmerkelijk genoeg bracht bestuursvoorzitter Van Hooijdonk dit voorval onlangs zélf naar voren tijdens het getuigenverhoor in de Befra-zaak. Hij kon daarbij niet verklaren waarom het incident nooit aan de toezichthouder gemeld is, hoewel hij het 'absoluut' de taak van een bank vindt om de toezichthouder op de hoogte te brengen van vermoedens van fraude.
Van Hooijdonk zat gisteren in het buitenland en wil alleen via zijn advocaat G. Mosler reageren. "Het heeft geen zin om op details van deze zaak in te gaan. Wij zijn betrokken in een procedure en ik heb geen behoefte om die via de media te voeren", aldus Mosler.