AMSTERDAM - De bevoegdheid van toezichthouders om invallen te doen bij bedrijven lijkt aan banden te zijn gelegd door een opmerkelijke uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Het Hof heeft bepaald dat bedrijven recht hebben op 'eerbiediging' van hun kantoren, filialen en bedrijfsruimten. Voor het binnentreden van toezichthouders is volgens het Hof in principe toestemming van de rechtspersoon nodig.
De uitspraak heeft volgens juristen verstrekkende gevolgen voor de Nederlandse rechtspraktijk. Toezichthouders als de Nederlandse Mededingingsautoriteit en de Autoriteit Financiële Markten zijn op grond van de wet bevoegd 'elke plaats te betreden met uitzondering van een woning zonder toestemming van de bewoner'. Het Europees Hof heeft het begrip 'woning' echter opgerekt en verstaat daaronder nu ook commerciële ruimten.
Volgens het Hof komt het bedrijfsleven dezelfde bescherming toe als privé-personen wanneer het gaat om het 'respect voor de woning', zoals vastgelegd in artikel 8 van het Europees Verdrag ter Bescherming van de Rechten van de Mens (EVRM).
Het is voor het eerst dat het Hof dit specifieke mensenrecht van toepassing heeft verklaard op rechtspersonen. De uitspraak is gepubliceerd in het blad Jurisprudentie Onderneming & Recht van SDU Uitgevers en heeft in vakkringen tot verhitte discussies geleid.
G.J. Vossestein, docent ondernemingsrecht aan de Rijksuniversiteit Leiden, concludeert in een noot bij het arrest dat de 'bevoegdheid om invallen te doen alle praktische betekenis zou kunnen verliezen' wanneer bedrijven toestemming voor huiszoekingen mogen weigeren. De zogeheten 'bedrijfsbezoeken' vinden meestal onaangekondigd plaats en hebben vaak een overdonderende impact. "Als verdachte rechtspersonen de toezichthouders met dit arrest in de hand kunnen wegsturen met de mededeling: ga eerst maar een rechterlijke machtiging halen, bestaat het gevaar dat in de tussentijd belastende documenten verdwijnen", zo verklaarde Vossestein gisteren.
Het Hof deed de uitspraak in een zaak die tegen Frankrijk aanhangig was gemaakt door de Franse onderneming Colas Est naar aanleiding van invallen door de mededingsautoriteit bij het hoofdkantoor en diverse filialen. Het bedrijf werd aan de hand van in beslag genomen documenten veroordeeld tot een boete. Bij het Hof deed het concern met succes een beroep op artikel 8 EVRM om zich te beklagen over inmenging van het openbaar gezag in 'de uitoefening van het recht op eerbiediging van de woning'.
De bevoegdheid tot binnentreden zonder rechterlijke machtiging is ook in ons land een geliefd opsporingsmiddel. De Autoriteit Financiële Markten, die onder andere onderzoek doet naar gebruik van voorwetenschap op de effectenbeurs, meldt zich vaak bij financiële instellingen om inzage te eisen in de administratie. Vorig jaar werden ter plekke bij effectenmakelaars en banken 83 onderzoeken ingesteld. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) maakte onlangs nog gebruik van de bevoegdheid tot binnentreden om in het kader van het onderzoek naar de geruchtmakende bouwfraude invallen te doen bij acht vestigingen van bouwbedrijven.
Volgens NMa-woordvoerster Barbara Roest zijn de juristen van de toezichthouder tot de conclusie gekomen dat de Nederlandse wetgeving voldoende waarborgen biedt om misbruik van bevoegdheden te voorkomen.
Het Hof is, aldus NMa, tot de opzienbarende uitspraak gekomen vanwege de vergaande manier waarop de Franse autoriteiten onbeperkt en op grote schaal onderzoek zouden hebben gedaan. "Wij oefenen onze bevoegdheden in het kader van toezicht en handhaving juist zeer zorgvuldig uit", aldus de woordvoerster.