RIJSWIJK - Het is niet uitgesloten dat alsnog een poging wordt gewaagd het Nederlands IOC-lid Anton Geesink en NOC*NSF-voorzitter Hans Blankert op één lijn te krijgen.
"Het zou heel jammer zijn als de heren niet voor 100 procent tot overeenstemming komen", zegt Ernst Faber, bestuurslid van NOC*NSF. "Geesink is nu voor 95 procent gerehabiliteerd. Het is in ieders belang dat de zaak goed wordt afgerond. De bal ligt weer bij Rijpstra."
Jan Rijpstra is het Tweede-Kamerlid van de VVD dat de bemiddelingspoging eerder opzette. Hij deed dat toen Blankert openlijk zijn twijfels uitsprak over het gedrag van Geesink nadat deze de sportkoepel weer eens onder vuur had genomen. Op 12 juli spraken de drie in een restaurant in Hoevelaken.
De poging leek te slagen. Een toegevoegd punt van Blankert, dat Geesink bij punten van kritiek op NOC*NSF eerst de andere (de prins van Oranje, Hein Verbruggen en Els van Breda) Nederlandse IOC-leden zou raadplegen, brak de eensgezindheid. De oud-judoka, olympisch kampioen, vindt dit onwerkbaar.
"Daarmee zouden we alleen al de prins in een onmogelijke positie brengen", zegt Geesink. "Bovendien heb ik begrepen dat de animo hiervoor ook bij onze andere IOC-leden niet groot is. En dan druk ik me nog voorzichtig uit."
Geesink wacht voorlopig af. "Volgens mij staan vijf bestuursleden van NOC*NSF ook achter mijn standpunt, waarbij ik mezelf dan gemakshalve meetel. Ik zal niet van mening veranderen. Wel sta ik open voor nader overleg."