STOCKHOLM - De Nobelprijs voor Geneeskunde is dit jaar toegekend aan de Britten Sydney Brenner en John E. Sulston en de Amerikaan H. Robert Horvitz. Zij krijgen de prijs voor hun ontdekkingen over de manier waarop genen organen en de dood van cellen beïnvloeden. Daardoor hebben zij nieuwe inzichten verschaft over de ontwikkeling van vele ziekten, aldus het Nobelprijscomité. De drie wetenschappers delen een bedrag van 1 miljoen dollar (iets meer dan 1 miljoen euro).
Apoptose, ofwel geprogrammeerde celdood, is het voornaamste begrip in het werk van de onderscheiden onderzoekers. Daarmee wordt het natuurlijke proces van cellen bedoeld om zichzelf te vernietigen. Het functioneert bij mensen, dieren en planten. Apoptose zorgt ervoor dat overtollige of beschadigde cellen zichzelf vernietigen, voordat zij schade kunnen aanrichten. Raakt dit mechanisme in het ongerede, dan kunnen cellen zich ongebreideld delen. Dat kan leiden tot kanker of andere ziekten.
(Reuters)