"Paul de Leeuw grotere bedreiging dan blote borst op tv"
AMSTERDAM - CDA-leider Jan Peter Balkenende startte de discussie over normen en waarden. Minister Herman Heinsbroek (LPF) schreef onlangs een notitie waarin hij de hufterigheid in de samenleving aan de kaak stelt. In tal van gemeenten lopen projecten tegen ongewenst gedrag. Ook in het onderwijs en in het bedrijfsleven worden fatsoenscampagnes gevoerd. Deze krant vroeg vooral gewone mensen naar hun opvatting over omgangsvormen. Tevens brengt het onderzoeksbureau Market Response op verzoek van De Telegraaf het normgevoel van Nederlanders in kaart.
Kapelaan Van Dijck is twee jaar kapelaan in het Limburgse Leunen, Veulen, Heide en Castenray, allemaal vlekjes in de buurt van Venray. Daar predikt hij als een heuse 'Kapelaan Odekerken' - bekend uit de serie Dagboek van een Herdershond - het rooms-katholieke geloof. Ook in het Limburgse land, waar de kapelaan geboren is, zijn de normen en waarden op drift geraakt.
,,Ik zie steeds meer doelloze jongeren en vandalisme", verzucht de 33-jarige geestelijke. ,,De jeugd voelt een leegte. Als je ze vraagt of ze gelukkig zijn, zegt 80% ja. Maar als je doorvraagt, kom je die leegte tegen. Ik spreek ze op het schoolplein aan en vraag wat ze doen. Dan zeggen ze heel eerlijk: er is hier niets."
Waar ligt de oplossing? Wie dringt nog tot de jongeren door? Moet de overheid optreden? Het zijn indringende vragen waarbij kapelaan Van Dijck dagelijks stilstaat. Diep nadenkend: ,,Je moet je afvragen waarom de jeugd zich zo doelloos voelt. Daar moet je beginnen. Schijnbaar is er die leegte. Dan moet je terugredeneren en kom je uit bij je geweten. Iedereen had in het verleden een natuurlijk godsgeloof. Dat is weggevallen. De jeugd heeft twijfels, ze zoekt compensatie in vertier en soms in vandalisme. Het is een holle invulling van het leven."
De positie van een pastoor in de kleine Limburgse dorpen is de afgelopen decennia drastisch veranderd. ,,Mijn stem wordt niet meer gehoord. Met mijn preek op zondagmorgen moet ik tegen anderen opboksen. Tegen de media bijvoorbeeld, die een grote invloed hebben op jongeren. De oplossing ligt niet bij de overheid, afgezien van strengere regels, maar bij de mensen zelf. Bij je eigen geweten."
Mevrouw A. Wildervanck (58) staat al meer dan dertig jaar voor de klas. In alle groepen van het basisonderwijs heeft ze les gegeven. Ze mailde ons een uitgebreid verhaal over het verminderde normbesef: "Ik ben dus niet iemand van de oude stempel. Ik vind het interessanter in deze tijd te leven. Maar er is ook een keerzijde. Ik erger me vooral aan verminderd respect en onfatsoen. Als leerkracht moet je elke dag bewijzen dat je de baas bent. Dat begint al 's ochtends vroeg. De helft van de klas is prikkelbaar omdat ze veel te laat naar bed gaat. In verbaal en fysiek opzicht zijn vooral de jongens zeer agressief. Om het minste of geringste maaien ze met hun handen. Meer dan de helft van de scholieren blijft tussen de middag over, omdat beide ouders werken. Je merkt dat ze ouderliefde tekort komen. Die wordt afgekocht met luxe. Het taalgebruik in de klas en op het schoolplein is werkelijk verschrikkelijk. De geslachtsdelen vliegen je figuurlijk om de oren. Het woord kut werd dertig jaar geleden zelden geroepen. Nu is het synoniem voor alles wat rot is. Weet u wat de ellende is? Veel kinderen zijn niet meer jong en onschuldig. Er zijn hier jongens en meisjes van een jaar of elf waar de geilheid van afdruipt. Het erge is dat veel collega's zich aan deze zaken niet eens meer ergeren. Zij lopen er trouwens steeds vaker als zoutzakken bij en stralen geen enkel overwicht uit."
Huisartsen hebben ook dagelijks te maken met verminderd normbesef. "Mijn voorgangers in het dorp hadden gezag", zegt een arts. "Nu vraagt de helft van mijn klanten op het spreekuur om een briefje zodat ze niet hoeven te werken terwijl ze vaak niks mankeren. Op maandagochtenden is het hier afgeladen. Vooral kleine sportblessures en een kater omdat ze de avond ervoor te veel gedronken hebben. Als ik zeg dat ze niets mankeren, zijn ze beledigd. Dan krijg je een grote bek, soms word je bedreigd. Visites rijden is helemaal een crime. Je zult de mannen de kost geven die hun kinderen of vrouw in elkaar hebben geslagen en dan moet jij het brandje blussen. Dit gaat allemaal ten koste van de zorg aan echt hulpbehoevenden."
Een politieagent werkte drie jaar in het Amsterdamse stadsdeel Osdorp. ,,Ik hunker naar de tijd van veldwachter Bromsnor. Nu word je de hele dag door jong en oud uitgescholden. Ik ben de gebeten hond omdat ik boetes uitschrijf en geen boeven zou vangen. En als ik boeven vang zijn ze de volgende dag weer vrij en lachen ze me recht in het gezicht uit. Ik ben vorig jaar op vakantie in New York geweest. Daar zijn agenten nog echte gezagsdragers. Maar ja, daar heb je een 'geen pardon'-beleid en dat blijkt te werken."
Normbesef
Er zijn veel Nederlanders die menen dat het verminderde normbesef wordt veroorzaakt door de grote groep immigranten die weigert in te burgeren. Dat geldt niet voor George Saad. Deze eigenaar van de grillroom Ramses in Leerdam is een model-allochtoon. Nederlands paspoort, keurig gezin en hij spreekt goed Nederlands. Zijn specialiteit: shoarma van varkensvlees met eigengemaakte knoflooksaus. ,,Ik ben geen allochtoon, ik ben al vanaf 1989 Nederlander", zegt Saad. Hij is trots op het Nederlanderschap. ,,Zelfs mijn Egyptische paspoort ben ik kwijt. Ik vind dat je je aan alles moet aanpassen. Dat weet je als je naar een vreemd land gaat. Aanpassen aan de mensen, aanpassen aan de maatschappij."
In Leerdam, het Gelderse provinciestadje bekend van kaas en glas, barstten onlangs allochtonenrellen uit tussen Molukkers, Somaliërs en Turken, die elkaar opeens met stokken, zwaarden en knuppels te lijf gingen. In Grillroom Ramses komen leuke mensen en soms heel vervelende klanten. ,,Ik word wel eens uitgescholden in de zaak. Soms hebben mensen wat te veel gedronken. Ze roepen dan: 'We hebben honger en we willen nu eten!' Ik geef ze dan een kop koffie om ze rustig te houden. Dat werkt meestal goed. Ik ken mijn klanten bijna allemaal. Mensen hebben respect voor mij, ik heb respect voor hen. 'Zeg maar George' zeg ik tegen ze als ze lastig zijn. Dan kan ik leuk met ze praten. Af en toe is er wel eens een probleem over geld. Maar over een paar euro ga ik niet moeilijk doen. Ik hou sowieso niet van ruzie."
Een discussie over normen en waarden is absoluut geen nieuw verschijnsel. Goed beschouwd ging het al mis bij het scheppingsverhaal als Adam door Eva wordt verleid om van de verboden vrucht te eten. Dat kostte beiden het paradijs. Nadien waren er talloze autoriteiten die in woord en geschrift waarschuwden dat door de verloedering het einde van de wereld nabij was. Nog geen dertig jaar geleden lagen thema's zoals abortus, euthanasie, porno en homoseksualiteit heel gevoelig in onze samenleving. Nu zijn dit min of meer geaccepteerde verschijnselen. Tegenwoordig maken we ons vooral druk over de ogenschijnlijk kleine dingen die irritatie en verontwaardiging oproepen: geen hand geven op een verjaardag, de deur voor iemands neus dichtgooien, niet stoppen voor het zebrapad, niet met twee woorden kunnen spreken, de middelvinger opsteken, geen enkele dienstbaarheid tonen. Aan de andere kant moeten we de situatie niet overdrijven. Er zijn onmiskenbaar excessen, maar er zijn ook miljoenen Nederlanders, jong en oud, die een onberispelijk leven leiden.
Veel chatters op het internet vinden dat het eerder uitzondering dan regel is dat normale fatsoensnormen in acht worden genomen. Irene zegt op het internet: "Het beste vriendje van mijn zoon komt hier al twee jaar over de vloer. Hij is nu tien jaar en heeft nog nooit gezegd: 'Dank u wel voor de cola en voor de chips.' Of: 'Bedankt mevrouw voor het spelen'. Als ik vraag: 'Wil je iets drinken? antwoordt hij: 'Doe maar wat.' Als ik vind dat ze te lang achter de computer zitten, kijkt hij met een verontwaardigde blik. En dan die eeuwige kauwgum. Praten en kauwen tegelijk, walgelijk! Het is allemaal van een onvoorstelbare hufterigheid. Tegenwoordig valt het echt op als iemand je met respect bejegent."
De onafhankelijke stichting Sire (Stichting Ideële Reclame) voert momenteel campagne voor betere fatsoensnormen. Op de televisie zijn deze week spotjes te zien die niets aan duidelijkheid te wensen overlaten. Zoals een scène in een tram. Mies zit in de tram. Daar komt oma. Ze vraagt: "Mag ik daar zitten, want ik ben oud en een beetje moe." ,,Optiefen, ouwe graftak," zegt Mies. Oma moet huilen, Mies is blij. Nu kan ze lekker blijven zitten...
Verloedering
Jef Rademakers, de man achter de Pin Up Club, het eerste erotisch getinte programma op de Nederlandse televisie, volgt het debat over waarden en normen op de voet. "Paul de Leeuw is een veel grotere bedreiging voor de waarden en normen dan een blote borst op televisie", zegt Jef Rademakers vanuit het Belgische Brasschaat. Sommigen zien in zijn Pin Up Club als het begin van de verloedering op de beeldbuis. "Dat is een zeer belachelijke gedachte. Voordat de Pin Up Club op tv kwam, bepaalden dominees en pastoors de inhoud op tv. Maar het programma was buitengewoon onschuldig. De Playboy bestond al tientallen jaren. Voor het eerst zagen vrouwen erop tv aantrekkelijk uit. Wat Paul de Leeuw doet met professor Smalhout, die hij laat veranderen in Hitler, kan gewoon niet. Hetzelfde geldt voor de hypocriete KRO en de NCRV, die menselijk leed exploiteren. Het feminisme was een veel grotere ramp voor de waarden en normen dan mijn programma. Sleutelkinderen zijn ontstaan sinds vrouwen aan het werk zijn gegaan."
CDA-Kamerlid Camiel Eurlings werd in maart van dit jaar bij zijn Haagse appartement door drie schooiers op scooters op zijn gezicht geslagen en beroofd. ,,Ze waren behoorlijk agressief. Ik had zoiets nog nooit meegemaakt. Van mijn medewerkers hoorde ik dat dit aan de aan de lopende band gebeurt. Waarom accepteren we dat eigenlijk? Het gaat om een paar mensen dat de sfeer in de publieke ruimte verpest. Toch verwacht ik dat er een andere wind gaat waaien. Nu al hoor je dat jongeren bepaalde uitgaansgelegenheden te link vinden en er niet meer naar toe gaan. Ze weten dat er jeugdigen rondlopen die drugs gebruiken en wapens bij zich hebben."
Onlangs viel de mond van Eurlings opnieuw open van verbazing. ,,Ik zat in de trein, eerste klas. Meisjes van een jaar of 14 zitten in de coupé, voeten op de bank. Een conducteur vraagt hen beleefd of ze willen weggaan, want ze hebben een kaartje tweede klas. De man, een vijftiger, werd afgesnauwd door de dames. Hij kreeg van alles over zich heen, beledigingen, schreeuwpartijen, alles. Het lijkt misschien een klein voorval, maar ik heb er wel iets van gezegd. Want als je op zo'n jonge leeftijd zoveel onbeschoft gedrag vertoont, waar eindigt dat dan?"