AMSTERDAM - De Europese Commissie is gisteren zwaar onder vuur genomen door een aantal kleinere eurolanden. Die zijn op zijn zachtst gezegd teleurgesteld dat hun budgettair minder gedisciplineerde - en grotere - eurobroeders nu twee jaar langer de tijd krijgen om hun begroting in evenwicht te brengen, terwijl ze zelf altijd zo netjes de hand op de knip hebben gehouden. In Europa blijken grote landen toch altijd nog iets gelijker te zijn dan de kleintjes.
Nederland, België en Oostenrijk waarschuwen dat deze versoepeling het vertrouwen van investeerders en consumenten in de euro en de hele EU zal ondermijnen. Ze vrezen een glijdende schaal; nu de Commissie één keer door de knieën is gegaan, waarom zou dat niet een tweede en derde keer gebeuren? Wie weet wat er de komende jaren nog aan economische tegenwind komt opzetten, waardoor de nieuwe deadline misschien wel tot ver over de horizon wordt opgeschoven.
Eurocommissaris Pedro Solbes (Monetaire Zaken) heeft bovendien zelf de vinger gelegd op een nog veel pijnlijker plek; het is niet alleen het economische tij dat hem zorgen baart, maar nog veel meer de politieke onwil in een aantal eurolanden - met name Frankrijk en Italië - om zich te conformeren aan de strenge eisen van het Stabiliteitspact. "Sommige landen verschuilen zich achter de economische achteruitgang", aldus de Spanjaard.
Door de combinatie van afzwakkende groei en politiek verzet tegen begrotingsdiscipline had Solbes naar zijn mening weinig andere keuze dan het erkennen van de politieke en economische realiteit. Hoe somber die is, bleek gisteren nog eens duidelijk toen Duitsland een tekortprognose voor dit jaar van 2,9% presenteerde en Frankrijk met een begroting voor 2003 op de proppen kwam waarin een gat van 2,6% gaapt.
Onder deze omstandigheden is alles beter dan aanmodderen met een deadline waar toch niemand meer vertrouwen in heeft en die voortdurend vanuit Parijs en Rome onder vuur wordt genomen. Maar dan moet er wel iets stevigs voor in de plaats komen en geen nieuwe afspraken die op drijfzand zijn gebouwd.
Solbes hamert er nu op, dat het Stabiliteitspact overeind blijft en dat hij de landen met een hoog tekort nog strenger gaat aanpakken. Hun cijfers worden gecorrigeerd voor economische cycli, zodat ze zich niet meer achter de conjunctuur kunnen verschuilen, en de boosdoeners moeten hun structurele tekorten met minstens 0,5% per jaar terugdringen. De beste jongetjes van de klas krijgen daarentegen meer ruimte om te investeren. Met deze mix van wortel en stok hoopt de Spanjaard volgende maand de benodigde meerderheid van de eurolanden over de streep te trekken.
De Eurocommissaris heeft de steun van zwaargewicht Duitsland nodig om dit spel te winnen. Frankrijk en Italië zijn al maanden driftig aan het lobbyen om voortaan investeringen in defensie en de publieke sector niet meer mee te tellen bij de berekening van het begrotingstekort. Zij zullen in de toegeving van deze week alleen maar meer munitie vinden voor budgettaire liederlijkheid. Duitsland heeft als enige van de drie grote probleemlanden niet luid jubelend gereageerd. Als uitvinder van het Stabiliteitspact heeft Berlijn een zware verantwoordelijkheid om streng in de leer te blijven. Bondskanselier Schröder heeft meteen na zijn herverkiezing de Duitse verbintenis aan het pact verzekerd. Solbes hoopt dat hij, met de steun van Schröder, Frankrijk naar het gedisciplineerde kamp kan trekken, zodat Rome alleen komt te staan.
Lukt dat niet, dan loopt hij het risico dat één van deze grote landen ook de nieuwe afspraken aan de laars lapt en weigert het structurele tekort omlaag te brengen. Op dat moment is het Stabiliteitspact echt rijp voor de vuilnisbak en zullen de financiële markten hun toch al wankele vertrouwen in euroland definitief verliezen. Solbes heeft nu wat tijd gekocht. Maar de rekening komt nog.