MARINE DI BIBBONA - Zelfs in Marine di Bibbona, verscholen in het Toscaanse land, is de impact van olympisch goud merkbaar. In het typisch Italiaanse dorpje lijkt de tijd te hebben stilgestaan. Bankautomaten, CNN en snelle isdn-lijnen zijn er nog onbekende fenomenen. Sinds een dikke week geldt het oord als de tijdelijke uitvalsbasis van de TVM-schaatsploeg. Ofschoon niet in enorme aantallen, heeft Jochem Uytdehaage er al menig Italiaanse hand moeten schudden. Hij moet er zelf om lachen. "Het is toch wel apart als je je realiseert dat ze zelfs in Marine di Bibbona weten wie Jochem Uytdehaage is."
|
Jochem Uytdehaage
|
Zijn vizier is alweer enige tijd gericht op de winter die komen gaat. De oogst van de voorbije winter (tweemaal olympisch goud, eenmaal olympisch zilver, twee wereldrecords plus een wereldrecord grote vierkamp, een Europese en een wereldtitel allround) heeft zijn leven ingrijpend veranderd. Anoniem winkelen in de Utrechtse binnenstad is voor de 26-jarige Uytdehaage niet langer weggelegd. Zittend op het terras van zijn hotel: "Sinds de Spelen van Salt Lake City kijken de mensen wat er allemaal in mijn boodschappenmandje zit."
Hij zegt inmiddels wel redelijk gewend te zijn aan zijn nieuw verworven status van olympische schaatsheld. En van BN'er. Herkenning is erkenning, luidt zijn vaste stelregel. "De grootste verandering is dat iedereen je kent. Je kunt wel jezelf blijven, maar je moet gereserveerder zijn in je reacties. Ik kan niet meer mijn middelvinger opsteken in de auto. Ik ben af en toe bang voor de reacties van mensen. Ik wil blijven zoals ik was. Dat is moeilijk. Je wordt aangesproken, nagewezen en je hoort in het voorbijgaan steeds je naam vallen. Daar moet je aan wennen. Mijn grootste punt van aandacht is dat ik geen domme fouten bega. Ik moet niet gaan denken dat ik alles kan maken. Ik blijf Jochem, de schaatser die vorig jaar net even wat harder ging dan de anderen. Ik moet me komend seizoen gewoon opnieuw bewijzen. Ik ben de kampioen van het afgelopen jaar, niet van komend jaar."
Inmiddels heeft hij in de persoon van Peter Vermij - voor het eerst - een manager in de arm genomen om alle randzaken in goede banen te leiden. "Een heleboel dingen kan ik zelf, maar ik wil die zorg niet. En ik wil niet voortdurend de boeman zijn. Er komen een heleboel verzoeken binnen, ook voor goede doelen, maar het past lang niet altijd in mijn trainingsprogramma. Het is lekker als iemand anders 'nee' voor je zegt."
Hij wil niet de fout maken dat de randzaken te veel energie en tijd gaan kosten. Het is de instelling die de professional Uytdehaage typeert. Zelfs na zijn laatste optreden in Salt Lake City, goed voor goud op de tien kilometer, vierde hij 's avonds in het Holland House met enige reserves zijn feestje. Er stond immers nog een WK allround in Heerenveen op het programma. "Tijdens het feest in het Holland House speelde dat al nadrukkelijk door mijn hoofd. Achteraf heb ik er spijt van dat ik te weinig gefeest heb. Het is een uniek seizoen geweest. Nu nog heb ik zo'n twee à drie keer per maand een kort moment dat ik besef dat ik de beste schaatser ter wereld ben. Dat is een ontzettend gave gedachte. Tot het nieuwe seizoen begint, kan ik het nog even blijven denken."
Als geen ander beseft Uytdehaage dat het voor hem bijna een onmogelijke opgave is in het post-olympische seizoen aan alle hooggespannen verwachtingen te voldoen. "Veel mensen denken dat ik komend seizoen alles wel even ga winnen, maar zo werkt het niet. Het is snel gegaan. Een jaar geleden was mijn doel nog om een internationale podiumplaats te behalen en olympisch goud beschouwde ik als het ultieme doel. In gedachten had ik daar Turijn 2006 achter gezet. Nee, het succes is niet te vroeg gekomen. Al is het wel zo dat ik ook trots zou zijn geweest indien ik bijvoorbeeld zesde op de tien kilometer was geworden en later brons had gepakt op de WK allround. Na vorig seizoen heb ik alle punten op mijn verlanglijstje al kunnen afvinken, maar de honger is nu niet minder groot. Ik houd gewoon vast aan mijn oorspronkelijke doelstelling: goud in Turijn 2006. Al schenkt het wel mentale rust dat ik al olympisch goud achter mijn naam heb staan. Als ik over twee jaar bijvoorbeeld geen lol meer aan het schaatsen beleef, kap ik er gewoon mee."
De situatie in vergelijking met het voor Uytdehaage zo sucesvol verlopen vorige seizoen is ingrijpend veranderd. In het spoor van Gerard Kemkers maakte ook hij - samen met Andrea Nuyt, Carl Verheijen, Sicco Janmaat en Renate Groenewold - de overstap naar de TVM-ploeg van Rintje Ritsma en Gerard van Velde. "We hebben drie jaar onder de KNSB-vlag gewerkt, maar het is onmogelijk om zeven jaar onafgebroken hetzelfde te doen en optimaal te blijven presteren. In dit geval zijn de veranderingen verbeteringen."
Afgewacht moet worden hoe de samenwerking met Ritsma uitpakt. De beste allrounder van het afgelopen decennium in één ploeg met de beste allrounder van het afgelopen jaar; het zou een bron van onrust kunnen zijn. Uytdehaage gaat daar niet vanuit. "Het is wél waar dat onze beleving van sport anders is. Ik leef honderd procent voor de sport om beter te worden, maar ik kan me goed indenken dat Rintje op sommige momenten wat anders doet. Ik bevind me in een ander stadium van mijn loopbaan. Ik ben ervan overtuigd dat we veel van elkaar kunnen leren. Ik heb veel respect voor zijn mentale kracht. Omgekeerd kan hij op technisch gebied misschien nog wel het nodige van mij leren."
De moeilijkste opdracht voor de komende vier jaar is - zo verwacht Uytdehaage - de scherpte te bewaren. "Vorig jaar heb ik volgens een strak regime geleefd. Mijn succes op het ijs is voor een belangrijk deel tot stand gekomen door mijn gedisciplineerde manier van leven naast de ijsbaan. Ik ben benieuwd of dat vol te houden is. Ik ben in principe iemand die leeft om te leven, niet om te slapen."
Voor hem is het schaatsen dan ook een tijdelijke fase in zijn leven. De kans is zeer groot dat hij het na Turijn 2006 voor gezien houdt. "Ik bedank ervoor tot in de lengte van dagen door te blijven harken. Wat ik zou willen, is nog één keer olympisch goud pakken. En dan stoppen!"