ROTTERDAM - Het is tegenwoordig betrekkelijk rustig aan de poorten van een van 's werelds grootste raffinaderijen: Shell Pernis. Geen boze buurtbewoners die met hooivorken in de hand verhaal komen halen, omdat het in de omgeving niet te harden is van de stank. Sinds enkele jaren praat de Shell-directie met zijn buren. Omwonenden staan zelfs met verfkwasten klaar om de grauwe olietanks te gaan beschilderen.
Koninklijke/Shell is deze week jarig. De raffinaderij van de olie- en chemiegigant is honderd jaar gevestigd in het Rotterdamse havengebied, pal naast een woonwijk. Het begon allemaal in 1902, toen Shell aan de Sluisjesdijk in de wijk Charlois startte met de raffinage van olieproducten. Met een benzine-installatie, wat een primeur was voor ons land, werd voor het eerst ruwe benzine (aangevoerd vanuit Sumatra) gedestilleerd. In de dertiger jaren vertrok Shell uit Charlois, om in 1936 een nieuwe raffinaderij te betrekken aan de Eerste Petroleumhaven, nabij het dorp Pernis.
Nog voor de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd in Pernis al meer dan een miljoen ton aardolie verwerkt (ter vergelijking: in 2001 was de aanvoer van aardolieproducten 125 miljoen ton). Na de oorlog groeide de raffinaderij uit tot een van de allergrootste ter wereld. De eerste chemiefabriek op het terrein werd in 1949 in gebruik genomen.
"Shell was tientallen jaren lang een vrij gesloten bedrijf", zegt Bert Kandel, de voorzitter van de Burenraad Shell Pernis die in 1998 werd opgericht om de banden tussen omwonenden en Shell te verbeteren. "Afstandelijk ook. De directie praatte alleen met ministers en gemeentebestuurders. Naar de mensen in de buurt van het gigantisch grote complex werd niet geluisterd."
Eind jaren negentig, met de oprichting van de Burenraad, kwam de grote omslag. In de raad, die vier keer per jaar bijeenkomt, hebben naast de Shell-directeur 25 mensen zitting uit de naburige dorpen en steden Pernis, Hoogvliet, Poortugaal, Rhoon, Spijkenisse, Rozenburg, Vlaardingen en Schiedam.
"Shell was eerst bang dat ze om de tafel moest met een stelletje actievoerders", lacht Kandel. "En wij hadden de angst om door het grote Shell ingepakt te worden. Het ijs was echter al gauw gebroken." Enkele jaren geleden kwam het tot een akkoord over het fakkelen. "Met dat vuur, rook en lawaai is dat namelijk voor veel mensen een angstig proces. Shell had zich dat nog nooit gerealiseerd. We spraken een (overlast)reductie van 25% af en die werd ook gehaald."
De nieuwste overeenkomst behelst een plan voor de aanpak van het bedrijfsterrein. Zo moet het industriepark de komende jaren flink wat groener worden door de aanplant van bomen. En verder neemt Burenraadslid en kunstenares Margreet Scholten-Van Berkel uit Poortugaal de verfkwast ter hand om de enorme (en saaie) witte olieopslagtanks een vrolijk kleurtje te geven.
"We zijn omringd door bijna een half miljoen buren die 's avonds rustig willen slapen", stelt Jeroen van der Veer, president-directeur van Kon./Shell. "In de zomer liefst met het raam open. We zijn al een heel eind gekomen, maar nog niet ver genoeg."