JERUZALEM - De Israëlische politie heeft gisteren een van de zwaarste bomaanslagen in de geschiedenis van het land verijdeld. Volgens de minister van Buitenlandse Zaken, Sjimon Peres, "zou de autobom, als die tot ontploffing was gekomen, zoveel mensenlevens hebben geëist dat het in één moment de hele politieke situatie in het Midden-Oosten zou hebben veranderd".
Israël is aan de vooravond van het joodse Nieuwjaar extra alert op terreuraanslagen, aangezien de geweldsspiraal tussen Israëli's en Palestijnen precies twee jaar geleden een aanvang nam.
Wellicht hierdoor signaleerden twee politievrijwilligers twee verdachte voertuigen bij de noordelijke stad Hadera. Toen de politie de achtervolging inzette, vluchtten de chauffeurs met achterlating van een kleine vrachtauto volgepropt met 600 kilo explosieven en twee vaten gevuld met brandstof en stukjes metaal. De tweede wagen was hoogstwaarschijnlijk een vluchtauto. De politie zocht met honden en helikopters naar de voortvluchtigen.
In de Gazastrook heeft Fatah, de beweging van Jasser Arafat, gisteren een dubbele aanslag op Israëlische troepen opgeëist. Een bom onder een Israëlische tank doodde een militair en verwondde drie anderen. De hulpverlening werd bemoeilijkt omdat de geschutskoepel er door de klap was afgerukt en de inzittenden klem zaten. Elders in de Gazastrook werd een legerpatrouille onder vuur genomen, waarbij een officier werd gedood en een soldaat gewond. De schutter werd gedood.
Israëlische helikopters bestookten afgelopen nacht een metaalwerkplaats in Khan Younis in de Gazastrook. Dat meldden Palestijnse functionarissen. Er zouden geen slachtoffers zijn gevallen. Het doelwit lag op zo'n vijftig meter afstand van het hoofdkantoor van de Palestijnse politie. Bij de aanval waren vier helikopters en een F-16 betrokken.
De Israëlische minister van Defensie zei gisteren dat Israël zich niet zou terugtrekken uit de Gazastrook, zoals vorige maand afgesproken. Volgens hem hebben de Palstijnen geen einde aan het terrorisme gemaakt.
(AP)