De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
do 5 september 2002  
---
Nieuwsportaal
---
Uit de krant 
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
---
En verder 
Over Geld 
Scorebord 
Autotests 
Filmpagina 
Woonpagina 
Reispagina 
---
Ga naar 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
Vacatures 
DFT 
Privé 
Kies uw favoriete winkel 
Elite Modellook 
Weerkamer 
Al onze specials 
Headlines 
Wereldfoto's 
Wereldfotos 
---
Kopen 
Speurders 
Koopjesjager 
---
Met Elkaar 
Dating 
---
Mijn leven 
Vrouw & Relatie 
AstroLink 
Uw horoscoop vandaag 
---
Contact 
Lezerservice 
Advertentietarieven 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
Alle uitslagen, standen, programma's 
[terug]
 D E   T E L E G R A A F   T E L E S P O R T 
SPORT ACTUEEL: NIEUWSPORTAAL
 
  Uit de as herrezen
   
 

KEULEN - Het kraakbeen in de linkerknie is al vier jaar zo versleten dat trainen nog slechts éénmaal per dag lukt. En in het hart van de defensie van het Nederlands hockeyelftal wordt het verminderde loopvermogen gecompenseerd met "een andere vorm van fitheid", zoals hij zijn ongekende spelinzicht definieert. Maar als de 31-jarige Erik Jazet wordt gevraagd zich te omschrijven, is het antwoord stellig. "Een jong menneke."

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (284x426, 17kb)
Erik Jazet won twee jaar geleden in Sydney olympisch goud, maar desondanks denkt hij met weinig plezier aan het evenement terug. "Zo'n toernooi hoop ik nooit meer mee te maken."
Juist nu het Nederlands elftal in Keulen op de drempel van de finale van de Champions Trophy staat, dwalen de gedachten van de record-international vaker dan voorheen af naar het vermaledijde olympisch hockeytoernooi in Sydney, waar het behalen van het goud hem nauwelijks voldoening gaf. "Zo'n toernooi hoop ik nooit meer mee te maken. Wat daar is voorgevallen, valt werkelijk met geen pen te beschrijven. Spelers onderling, de begeleiding, werkelijk iedereen had ruzie met elkaar. En dan weet ik nog niet eens de helft van wat er is gebeurd. De routiniers gingen daar allemaal hun eigen gang, van enige vorm van groepsgevoel was totaal geen sprake."

Het was een leerzame periode, dat zeker. "Maar ik heb meer dan een jaar geen enkele vreugde aan het hockey beleefd. Dat vond ook zijn weerslag op mijn spel, ik straalde geen enkel plezier meer uit. Dat is ook de kern geweest van de negatieve prestatiecurve na de Spelen. Ik was kapot, oververmoeid en vroeg me af hoe dit nou eigenlijk kon."

Het was ook een periode waarin Jazet zich nadrukkelijk afvroeg of hij eigenlijk nog wel als libero van Oranje wilde fungeren. Akkoord, het WK in Kuala Lumpur leek hem nog wel een leuke uitdaging, maar daarna was zijn toekomst ongewis. "Bij thuiskomst had ik echt iets van: dit was misschien wel mijn laatste kunstje. De sleet zat echt in het elftal. We trainden op 60 procent van onze mogelijkheden, omdat we dachten dat we het in de wedstrijd wel zouden redden als we onze mouwen zouden opstropen. Maar daar red je het tegenwoordig niet meer mee." Ook over zijn eigen functioneren was Jazet allesbehalve tevreden. "Het was een kwestie van meedraaien in een sterrenelftal, het werd steeds moeilijker om medespelers te coachen. Dat zat opgesloten in de karakters van bepaalde spelers. Er zaten jongens bij die in het veld gewoon niet meer luisterden. De spitsen waren bijvoorbeeld zo individueel ingesteld, dat ze nauwelijks nog bereikbaar waren."

Opmerkelijk genoeg was het de situatie die hij bij terugkeer uit Maleisië aantrof bij zijn club Bloemendaal, de vereniging die hij dit seizoen verruilt voor SCHC, die hem uiteindelijk over de streep trok. "Hoe gek het ook klinkt, ineens zag ik met welke enorme gedrevenheid jong en oud gezamenlijk voor het landskampioenschap gingen. Iedereen vlóóg overal op af met een gretigheid die ik lang niet had gezien. Zo kon het dus óók. De lol die ik weer uit het spel haalde en de wetenschap dat het Nederlands elftal ook zou worden voorzien van behoorlijk wat vers bloed, was voldoende om het besluit dat ik min of meer al had genomen te herzien. Het plezier was in één klap terug."

De geboorte van zijn zoon Tijn Alexjan, in juni, maakte de transformatie compleet. "Ik was zó blij, zó enthousiast over het vaderschap, dat die gevoelens in het veld tot uiting kwamen. Ik liep te sleuren en te douwen als een beginneling. Joost Bellaart heeft me nog nooit zo vaak in de vijandelijke cirkel gezien als die eerste wedstrijden tegen Duitsland. Ik had vreselijk veel lol, maar ging daarin voorbij aan mijn rol in het elftal. Ik was niet langer het anker in de achterhoede, het sturen en coachen was totaal verdwenen. Inmiddels zijn die gevoelens weggeëbd en ben ik me weer bewust van mijn taken, maar dat doet niets af aan mijn spelvreugde."

In zijn hoedanigheid als leider in het veld is de 257-voudig international met name aangenaam verrast over de samenwerking met voorstopper Geert Jan Derikx. Ofschoon de twee tien jaar in leeftijd en 246 caps in ervaring schelen, ontwikkelt de speler van Klein Zwitserland zich in ijltempo tot een vaste waarde, zowel in de verdediging als in de rol van aangever bij de strafcorner. "De eerste trainingen stond hij echt om zich heen te kijken met een blik van: wat gebeurt hier allemaal? Maar hij ontwikkelt zich zo snel dat we nu al in grote lijnen hetzelfde over hockey denken. Natuurlijk staat het allemaal nog in de kinderschoenen en zullen we nog wel een keer onderuitgaan. Maar ik denk dat we het in de as van het elftal niet onaardig doen."

Keulen. Champions Trophy, mannen. Derde ronde: Duitsland - Zuid-Korea 2-1 (1-1). Vierde ronde: India - Pakistan 3-2 (2-1). Stand: 1. Duitsland 3-9 (8-5), 2. Nederland 3-7 (12-5), 3. India 4-7 (11-10), 4. Zuid-Korea 3-3 (5-8), 5. Pakistan 4-3 (9-10), 6. Australië 3-0 (5-12).




 

zoek naar gerelateerde artikelen


do 5 september 2002

[terug]
     
© 1996-2002 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.