door Jan Ligthart CANBERRA - Er is veel af te dingen op het Australische vluchtelingenbeleid, maar de regering-Howard is consequent. Precies een jaar geleden ontstond de zogenaamde Tampa-crisis, waarbij ruim 400 bootvluchtelingen de toegang tot het land werd ontzegd. Gisteren werden daarom tal van protesten en demonstraties gehouden en werd bekend dat ten tijde van de crisis de Noorse ambassadeur door de Australische geheime dienst is afgeluisterd.
In het parlement klopten Howard en zijn ministers zich tevreden op de borst. "We zouden het op elk ander moment exact hetzelfde aanpakken."
Op 26 augustus 2001 redde het Noorse vrachtschip Tampa 433 asielzoekers van een zinkend bootje dat van Indonesië naar Australië onderweg was. De Tampa zette koers naar het dichtstbijzijnde land: Christmas Island. Maar de Australische marine kreeg uit Canberra het bevel het vaartuig te onderscheppen en de vluchtelingen onder geen beding op Australisch grondgebied toe te laten. De Tampa had onvoldoende eten en drinkwater aan boord om veel verder te kunnen reizen en besloot daarom toch naar het eiland te varen, waarna mariniers het schip enterden en een internationale rel was geboren.
Van 'voordringende illegalen die helemaal geen vluchtelingen zijn' waarover premier Howard destijds sprak, is volgens de VN-Vluchtelingencommissie geen sprake.
Ruim de helft voldeed aan alle criteria, en op een handvol na zou dat ook bij de rest het geval zijn geweest als de Taliban in Afghanistan nog aan de macht waren geweest.
Geen wonder dus dat de VN, Amnesty International en tal van andere instanties en groeperingen de politiek sluwe zet van Howard tot op de dag van vandaag fel veroordelen.
Sluw was het wat Howard deed. En effectief. Allereerst won hij er de verkiezingen mee. En ten tweede is er sindsdien nog slechts één boot met vluchtelingen in Australië onderschept. De marine onderschepte dat zinkende scheepje begin november, drie dagen voor de verkiezingen. John Howard was er razendsnel bij om het volk te vertellen dat "de illegalen hun kinderen in zee hadden gegooid om zo opname door Australië af te dwingen".
De twee incidenten kwamen als geroepen voor Howard, die hopeloos achterstond in de verkiezingsrace. Gevoed door de aanslagen van 11 september, ging zijn retoriek over illegalen met mogelijk terroristische bedoelingen er bij de bevolking in als koek.
En nog heeft alle publiciteit geen enkel negatief effect gehad op de populariteit van John Howard. Sterker nog: hij is geliefder dan ooit. Internationale kritiek wordt door Australische ministers weggewuifd als ondeskundig, onvolledig en niet objectief.
Vaak hebben ze gelijk, alleen valt niet te ontkennen dat Australië een morele plicht had en heeft om asielzoekers toe te laten en een menselijke behandeling te geven.