VOORBURG - De daling van de bevolkingsgroei in Nederland zet zich versterkt voort. Er komen nog wel mensen bij, maar niet meer zoveel als voorheen. De kwakkelende conjunctuur in combinatie met een aangescherpt vreemdelingenbeleid maakt dat er steeds minder inschrijvingen zijn bij de gemeenten. Bovendien vestigen zich meer landgenoten permanent in het buitenland.
Op grond van deze ontwikkelingen raamt het CBS de bevolkingstoename voor dit jaar op 102.000. Dat is aanzienlijk minder dan in 2001, toen het aantal inwoners nog met 118.000 groeide. In het piekjaar 2000 nam onze bevolking zelfs nog met 123.000 toe. "De dalende trend, die in het millenniumjaar begon, zet zich onverminderd voort", zegt CBS-beleidsmedewerker Jan Latten over de prognoses.
De minder gunstige economische ontwikkeling maakt dat het aantal vacatures afneemt. Er komen dan ook minder immigranten uit de EU-landen. En de immigratie uit Aziatische landen als Afghanistan, Irak en Iran loopt eveneens terug. Het sterkst echter is de daling van immigranten uit de Antillen en Aruba, van 8300 in 2001 naar 6100 in 2002.
Geboorten
Latten verwacht dat de groei van de bevolking de komende jaren onder de 100.000 zal dalen. "De vette jaren zijn voorbij en dit zal uiteindelijk ook gevolgen hebben voor het aantal geboorten. De nieuwe generatie vrouwen van rond de 30 is kleiner van omvang zodat er sowieso minder baby's zullen worden gebaard, áls die er al komen."
In 2001 verhuisden 77.000 personen vanuit Nederland naar een ander land. Voor dit jaar wordt het aantal emigranten geraamd op 82.000. Het gaat vooral om Nederlanders die naar het buitenland vertrekken. Daarnaast keren meer immigranten uit EU-landen terug naar hun geboorteland en stijgt het aantal terugkerende Antilianen, Arubanen en Surinamers.