De Amsterdamse politie is geschrokken van de bevindingen en gaat daarom actie ondernemen en zelf de woningen controleren. In koppels van twee geüniformeerde agenten gaan politiemensen de deuren langs en 'spelen' daarbij de rol van inbreker.
Ze bekijken hoe gemakkelijk de deuren te openen zijn. Als de deur open staat, trekken de agenten deze dicht en krijgt de bewoner een waarschuwingsbrief.
Inbrekers maken de laatste tijd veelvuldig gebruik van een zogenoemde 'flipper'; een stuk plastic dat vaak wordt gemaakt van een lege frisdrankfles. Hiermee worden deuren die niet goed op slot zitten simpel geopend. De agenten gaan op pad met dezelfde attributen als een notoire inbreker om de deuren van burgers te openen.
De politie kwam op het spoor van de vele open deuren, doordat er plotseling een hausse aan woninginbraken plaatsvond in het gebied rondom de Prinsengracht in het centrum van de stad. Vele tientallen huizen werden ineens bezocht door criminelen die vaak op identieke wijze te werk gingen.
Onderzoek wees vervolgens uit dat het slecht gesteld is met de beveiliging van veel woningen in vooral het centrum van Amsterdam. Daar biedt 10% van de bewoners de inbrekers een vrijwel vrije doorgang. In nieuwbouwwijken is het vaak beter gesteld met de inbraakpreventie, omdat daar veel wordt gewerkt met het Keurmerk Veilig Wonen van de politie.
Waarnemend hoofdcommissaris Joop van Riessen verwacht niet dat bewoners veel problemen zullen hebben met de actie. "Uiteraard kunnen wij ons voorstellen dat de eerste aanblik van twee agenten die met een flipper een voordeur benaderen een schrikreactie alsmede ongerustheid teweeg brengt. Maar dit slaat al snel om in opluchting, hetzij omdat de woning goed beveiligd blijkt, hetzij omdat de bewoner tijdig is gewaarschuwd."
De politiecommissaris benadrukt ook dat er alleen op klaarlichte dag door de politie zal worden 'ingebroken'.