AMSTERDAM - Israël heeft een flink succes geboekt in de strijd tegen de Hamas-beweging na de arrestatie van een cel van deze militante beweging die verantwoordelijk wordt gehouden voor een reeks bomaanslagen, waaronder die in de cafetaria van de Hebreeuwse Universiteit, het café Moment in Jeruzalem en de biljartclub in Rishon Letzion.
In totaal werden vijftien man gearresteerd die ervan worden verdacht tenminste acht aanslagen te hebben georganiseerd waarbij 35 doden en talloze gewonden vielen. Vier van de groepsleden werden opgepakt toen ze op weg waren een nieuwe aanslag te plegen door een bom langs de snelweg Tel Aviv-Jeruzalem te plaatsen.
Mohammed Uda heeft het bloedbad in de Frank Sinatra-mensa in de universiteit op zijn geweten. Hij kon de tas met de bom daar plaatsen omdat hij als schilder was ingehuurd door een aannemer die klusjes deed op de universiteit. Een dag na de explosie kreeg Uda een telefoontje om te helpen de met bloed besmeurde wanden van de mensa te verven, waar negen mensen inclusief vijf Amerikaanse studenten stierven.
Opvallend is dat veel groepsleden woonden in Oost-Jeruzalem, en daarom over Israëlische identiteitspapieren beschikken waarmee ze vrij door Israël kunnen reizen. Het Palestijnse Oost-Jeruzalem is een van de rustigste plaatsen, en een plek waar Palestijnse militanten het minst greep op de bevolking hebben. Over het algemeen zijn de Palestijnen van Jeruzalem ook beter af omdat ze in Israël werken.
In Bethlehem bleef het gisteren, twee dagen na de terugtrekking van Israëlische troepen, kalm. Ondanks een oproep van de stichter van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP), George Habash, om de dood te wreken van een door Israëlische soldaten doodgeschoten broer van PLFP-leider Mohammed Saadat. Bethlehem geldt als een bolwerk van de PLFP.