MÜNCHEN - Stapje voor stapje is het motto van de nieuwe Marko Koers. De afgelopen seizoenen bevond de 29-jarige Nijmegenaar zich in een neerwaartse spiraal, maar bij de EK atletiek in München kreeg de ommekeer voorzichtig gestalte. Zijn aanwezigheid in de Zuid-Duitse stad noemde hij eerder al een overwinning op zichzelf. Gisteravond mocht hij in de finale op de 1500 meter aantreden. Niet zozeer zijn achtste plaats, maar vooral de manier waarop hij tot de laatste meters kon meestrijden met de besten van Europa bezorgde hem een bijna euforisch gevoel. "Ik hoor er weer bij."
|
Marko Koers eindigde gisteren slechts als achtste op de 1500 meter. Hij vond het een mooie opsteker. (Foto: ANP)
|
De race werd in de eindsprint gewonnen door de Fransman Baala (3.45,25). Zijn voorsprong op de Spanjaard Estevez kon slechts via bestudering van de finishfoto worden vastgesteld. Beiden kregen dezelfde tijd toegekend. Koers lag na 1100 meter als laatste, maar begon op 150 meter voor de streep aan zijn opmars. Uiteindelijk kwam hij met 3.46,68 nog relatief dicht in de buurt van de top-drie. "Ik kan moeilijk aangeven of hij ergens een kans heeft laten liggen. Als Marko volgend jaar meer inhoud in de benen heeft, kan hij een volgende keer misschien in het midden van het veld aan zijn opmars beginnen", vertelde Hoedt, sinds oktober de trainer van Koers, die bekende nu reeds last te hebben van jeukende handen. "Ik sta te popelen om weer met de trainingen voor komend seizoen te beginnen. Dit resultaat kunnen we verder uitbouwen."
Toen Koers zich negen maanden geleden voor het eerst bij Hoedt meldde, bevond hij zich op het nulpunt. De drie 'jonge honden' van Hoedt (Bram Som, Arnoud Okken en Gert-Jan Liefers) liepen hem aan alle kanten voorbij. Maar de sterke concurrentie en de nieuwe trainingsaanpak werkte louterend. "Ik ben van heel ver gekomen", bekende Koers. "Volgend seizoen kan ik met een bredere basis beginnen."
Waar de progressie toe moet leiden, kon Koers moeilijk aangeven. De komende drie seizoenen staan er slechts mondiale kampioenschappen (WK Parijs in 2003, Olympische Spelen Athene in 2004 en WK Helsinki in 2005) op de kalender. "In '96 was ik in de olympische finale achter Fermin Cacho nog de tweede Europeaan, die tijd is voorbij. Maar we blijven werken aan vooruitgang. Daarbij is plezier het toverwoord. Misschien is dat nog wel mijn belangrijkste doel."
Hoedt is minder cryptisch als hem naar de doelstellingen voor de komende jaren wordt gevraagd. "Marko heeft het in zich om zijn persoonlijke record aan te scherpen", aldus Hoedt. Dat record staat al zes jaar op 3.33,05. "Straks hebben we met Gert-Jan, Arnoud en Marko drie sterke jongens op de 1500 meter meter die internationaal goed voor de dag kunnen komen. Ik zie dat als een mogelijkheid. En belangrijker, Marko ziet dat nu ook."
Behalve Marko Koers trad gisteravond ook hoogspringer Wilbert Pennings aan in de finale op zijn onderdeel. De eerste luitenant bij de luchtmacht stelde daarin echter hevig teleur. Op de bescheiden hoogte van 2,22 meter sprong de nationaal recordhouder (met 2,30) driemaal af. Pennings was zo teleurgesteld over zijn uiteindelijke klassering dat hij na afloop in eerste instantie weigerde commentaar te geven.
Vooraf was echter al duidelijk dat Pennings niet in beste doen was. De pupil van trainer Frans Bosch heeft al weken last van blessures aan zijn rechter achillespees en (als gevolg daarvan) zijn kniepees. Dinsdag tijdens de kwalificaties sprong hij ook al met pijnstillers. "Vlak voor de Nederlandse kampioenschappen is er vocht in mijn achillespees gespoten om het weefsel wat losser te maken. Dat is goed aangeslagen, maar het blijft gevoelig", sprak Pennings voor de finale. Pas de afgelopen weken kon de 27-jarige atleet uit Vught, die dit seizoen nog niet hoger dan 2,25 meter was gekomen, weer normaal trainen.
Jacqueline Poelman haalde op haar eerste internationale kampioenschap sinds 1995 de halve finale op de 200 meter. De Utrechtse eindigde met 20,41 als derde in haar serie. Desondanks was ze niet tevreden. "Afgelopen maand liep ik in Heusden nog 23,00 seconden. Ik wil hier zeker niet langzamer lopen. Gelukkig krijg ik een herkansing in de halve finale", aldus Poelman, die verwacht dat ze onder de 23 seconden moet blijven om zich bij de beste acht van Europa te scharen. "Maar een 22'er lopen was ik sowieso al van plan."
Bij de mannen overleefde Troy Douglas tamelijk eenvoudig de eerste twee ronden op de 200 meter, in respectievelijk 20,81 en 20,78 seconden. In navolging van Poelman en Douglas bereikte ook EK-debutante Judith Vis de halve finale. Haar tijd van 13,31 seconden volstond om de eerste schrifting op de 100 meter horden door te komen. Een andere EK-debutant, Thomas Kortbeek, werd na zijn goede optreden van woensdag op de 400 meter horden uitgeschakeld in de halve eindstrijd (zesde in 50,64). Polsstokhoogspringer Rens Blom sneuvelde in de kwalificaties.