AMSTERDAM - Trots wijst directeur J. Leighton van het Van Gogh Museum in Amsterdam naar het schilderij van Manet dat voor zeven miljoen euro is aangeschaft. De pier van Boulogne-sur-Mer uit 1868 is de duurste aankoop van het museum ooit. Het museum wil namelijk breder zijn dan alleen Van Gogh, en een instituut zijn voor de gehele 19de eeuw waarbij de vader van het impressionisme, Manet (1832-1883), niet mag ontbreken.
De schilder, die door Van Gogh werd bewonderd, heeft echter weinig werk nagelaten, zodat er zelden doeken van hem op de markt komen. 'De pier' is dan ook, via een kunsthandelaar, van een particulier afkomstig. De musea Kröller-Müller en Boijymans van Beuningen hebben respectievelijk een portret en een stilleven van pioenrozen in bezit, maar deze worden niet beschouwd als grote werken van Manet. De pier met zijn bijzondere compositie is dat zonder twijfel wel. Het doek is de hele maand augustus in het Van Gogh Museum te zien. Daarna gaat het naar de restaurateur; de laag vernis is hier en daar vergeeld. Eind dit jaar moet het schilderij weer in Amsterdam hangen.