buitenland HARARE - Op het moment dat westerse hulporganisaties waarschuwen voor een dreigende hongersnood in zuidelijk Afrika, blijken aanhangers van de Zimbabwaanse president Mugabe verantwoordelijk te zijn voor voedseltekorten in grote delen van het land. Niet alleen de grote droogte van de afgelopen jaren, maar falend overheidsbeleid lijkt evenzeer een belangrijke oorzaak van de huidige humanitaire ramp die zuidelijk Afrika treft.
De machtszucht van Mugabe heeft al verwoestende gevolgen gehad voor Zimbabwe. Al maandenlang houden oorlogsveteranen bedrijven van blanke boeren bezet. Waar voorheen de landbouwgrond zorgde voor voldoende voedsel met zelfs ruimte voor export, kent Zimbabwe momenteel een groot tekort.
De Zimbabwaanse president heeft zijn aanhang nu ook aangezet tot het dwarsbomen van voedselhulp aan de volgelingen van zijn politieke tegenstanders. Hulp in 'vijandige gebieden', regio's waar tijdens de laatste verkiezingen veel inwoners op de oppositie stemden, wordt geblokkeerd. Politieke tegenstanders wordt belet graan te kopen op de markten, door van kopers in spe het vertonen van een partijkaart te eisen.
Falend overheidsbeleid is kenmerkend voor zuidelijk Afrika, waar in verscheidene landen een hongersdood dreigt voor een aanzienlijk deel van de bevolking. Buurlanden als Malawi, Angola, Zambia en Mozambique zijn eveneens het slachtoffer van fouten van de regering.
In Malawi alleen al worden ruim drie miljoen mensen met de hongersdood bedreigd. De droogte van de afgelopen twee jaar heeft grote schade toegebracht aan de oogsten, funest was echter de verkoop van de nationale graanreserves onder druk van het Internationale Monetaire Fonds en westerse geldschieters.
In zuidelijk Afrika zuchten twaalf miljoen mensen onder een dreigende hongersnood. Het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties, WFP, heeft berekend dat zeker 500 miljoen euro nodig is deze mensen te redden van de hongersdood.