LORIENT - Nadat alle vergelijkingen waren gemaakt, konden er geen geldige excuses worden gevonden. In de eerste serieuze krachtmeting van deze Tour de France heeft Levi Leipheimer beneden zijn verwachtingspatroon gepresteerd. De Rabo-hoop voor het klassement reed in de individuele tijdrit simpelweg een minuut te langzaam. Zelf was de Amerikaan de eerste om dat toe te geven. "Ik weet dat ik beter kan", uitte hij zijn teleurstelling, terwijl het zweet nog op zijn kale voorhoofd parelde.

Levi Leipheimer

Het parcours over het vlakke, winderige Bretonse land was niet echt gemaakt voor ranke mannetjes. Het waren de krachtpatsers, de rouleurs, de coureurs met de grote motoren die heersten. De eerste zeven renners in de rituitslag waren dan ook allemaal fysiek grote jongens. Met zijn 1 meter 72 (Armstrong is bijvoorbeeld 1,79) hoort de man uit Montana daarentegen tot de 'kleintjes' van het peloton. Toch heeft hij een duidelijke geschiedenis als tijdrijder. In de Ronde van Spanje eindigde Leipheimer vorig jaar in de strijd tegen het uurwerk twee keer als tweede achter Santiago Botero. Op het WK tijdrijden in Lissabon was de vierde plaats zijn deel. Resultaten waaruit geconcludeerd kan worden dat de Amerikaan een specialist genoemd mag worden.

Achter het Calimero-excuus (ik ben klein en de rest is groot) kan Leipheimer zich dus niet helemaal schuilen. "Normaal liggen de meeste tijdrittrajecten me wel, maar dit lange, vlakke, winderige parcours was niet ideaal", concludeerde het lijdend voorwerp zelf. "Het leek wel alsof de wind vanuit alle hoeken kwam. Dat maakte de tijdrit ongelooflijk zwaar. Als kleinere renner ben je dan in het nadeel. Desondanks heb ik te veel tijd verloren. Het ging zeker niet zo goed als ik gepland had. Ik rekende op een maximaal verlies van twee minuten. Het is ietsje meer geworden. Dat valt tegen. Maar ik moet hier ook niet te zwaar aan tillen. Ik ben teleurgesteld, maar dit was pas de eerste echte dag van deze Tour."

De afgelopen maanden heeft de uiterst zelfbewuste Leipheimer geprobeerd zijn accenten te verleggen. Met liefst acht zware etappewedstrijden in de benen en specifieke training in het hooggebergte hoopt hij beter als klimmer uit de voeten te kunnen. Op de specifieke klimtijdrit naar Plateau de Beille in de Route du Sud maakte hij die transformatie reeds waar. "Vroeger voelde ik me meer een tijdrijder", verklaarde hij voor de Tour. "Na de Ronde van Spanje heb ik gezien dat ik me moest toeleggen op het klimmen. Ik behoor nu niet meer tot een specifieke categorie."

Al bij het eerste tussenpunt na 19,5 kilometer gaf de Rabo-kopman 1'23 toe op Botero. Daarna werd het een onmogelijke missie zich nog bij de eerste tien te nestelen en zijn doel te realiseren. "Ik ben gewoon te langzaam gestart. Mijn tijdritten bouw ik steeds gedegen op om in het laatste deel nog te versnellen. Nu had ik echter bij het eerste meetpunt al veertig seconden op mijn ploegmaat Marc Wauters verloren. Daarna kwam ik in een goede tred en maakte ik enig terrein goed."

Ploegleider Theo de Rooij kan die behouden start enigszins begrijpen. Hij refereerde aan de ploegentijdrit, waar Leipheimer er op het laatst doorheen zat. "Daardoor had Levi een beetje schrik in de benen en startte hij te conservatief. Anderzijds mist hij nu de ervaring om die krachten al helemaal in te schatten. Aan de meet moest Levi concluderen dat hij niet helemaal tot het uiterste is gegaan. Dat is jammer."

Leipheimer had zelf verwacht meer tijdwinst te boeken in het laatste deel. Met een verlies van 2'35 op Botero en 2'24 op Armstrong valt te leven. Maar ten opzichte van renners als Joseba Beloki (0'57), Tyler Hamilton (0'39) en Beat Zberg (0'12) had hij geen terrein mogen verliezen, terwijl hij meer afstand had moeten nemen van klimmers als Francisco Mancebo (0'06), Ivan Basso (0'08), Marcos Serrano (0'13) en Oscar Sevilla (0'22).

"Ik weet honderd procent zeker dat ik tot meer in staat ben dan ik vandaag heb getoond", zei Leipheimer direct met strijdvaardige toon. "Het is me ook duidelijk geworden dat ik nog veel moet leren. Een kwestie van ervaring. Als ik goed ben in de bergen, ga ik aanvallen. Dat zal ook moeten met ruim vier minuten achterstand."

Gezien zijn derde plaats vorig jaar in de Vuelta a Espana en zijn recente eindzege in de Route du Sud zou een toptien-klassering een realistisch doel zijn. Topvijf of het podium, waar Leipheimer zelf soms hardop over droomt, mag een wonder genoemd worden voor een Tourdebutant. "Ondanks alle verwachtingen blijft hij een 'rookie'", benadrukte De Rooij.

Voor de titel 'Rookie of the Year' lijkt de 28-jarige voorlopig echter niet meer in aanmerking te komen. Maar er mag in zowel de Pyreneeën als in de Alpen wel nog het een en ander van hem verwacht worden. Zelf is de zeer gedreven Leipheimer de eerste om dat te erkennen.

Negende Etappe, Lanester - Lorient: 1. Botero (Col/Kel) 52 Km In 1.02.18 (50,080 Km/U), 2. Armstrong (Vst/Usp) 0.10, 3. Gontsjar (Oek/Fas) 0.18, 4. Igor Gonzalez De Galdeano (Spa/Onc) 0.19, 5. Bodrogi (Hon/Map) 0.25, 6. Rumsas (Lit/Lam), 7. Millar (Gbr/Cof) 0.50, 8. Frigo (Ita/Tac) 1.34, 9. Peron (Ita/Csc), 10. Beloki (Spa/Onc) 1.38, 11. Ekimov (Rus/Usp) 1.41, 12. Hamilton (Vst/Csc) 1.56, 13. Wauters (Bel/RAB) 2.08, 14. Tauler (Spa/Kel) 2.14, 15. Landis (Vst/Usp) 2.21, 16. Belohvosciks (Let/Lam, 17. Zberg (Zwi/RAB) 2.23, 18. Pena (Col/Usp) 2.34, 19. Leipheimer (Vst/RAB) 2.35, 20. Azevedo (Por/Onc) 2.36. Nederlanders: 65. Boogerd (Ned/RAB) 4.38, 70. Dekker (Ned/RAB) 4.44, 72. De Groot (Ned/RAB) 4.50, 100. Knaven (Ned/Dom) 5.55, 161. Engels (Ned/RAB) 7.58, 163. Van Bon (Ned/Dom) 8.00, 182. En Laatste Kroon (Ned/RAB) 9.48.

1. Igor Gonzalez De Galdeano (Spa/Onc) 33.21.23, 2. Armstrong (Vst/Usp) 0.26, 3. Beloki (Spa/Onc) 1.23, 4. Gontsjar (Oek/Fas) 1.35, 5. Botero (Col/Kel) 1.55, 6. Peron (Ita/Csc) 2.08, 7. Millar (Gbr/Cof) 2.11, 8. Rumsas (Lit/Lam) 2.22, 9. Hamilton (Vst/Csc) 2.30, 10. Azevedo (Por/Onc) 2.45, 11. Ekimov (Rus/Usp) 2.48, 12. Jaksche (Dui/Onc) 2.49, 13. Serrano (Spa/Onc) 2.59, 14. Olano (Spa/Onc) 3.07, 15. Landis (Vst/Usp) 3.15, 16. Nozal (Spa/Onc) 3.37, 17. Basso (Ita/Fas) 4.05, 18. Laurent Jalabert (Fra/Csc) 4.18, 19. Sörensen (Den/Csc) 4.23, 20. Mancebo (Spa/Ban) 4.23, 22. Leipheimer (Vst/RAB) 4.39, Nederlanders: 46. Boogerd (Ned/RAB) 6.52, 119. Kroon (Ned/RAB) 14.22, 152. Knaven (Ned/Dom) 21.27, 157. Van Bon (Ned/Dom) 23.06, 163. Engels (Ned/RAB) 26.41, 169. Dekker (Ned/RAB) 28.23, 171. De Groot (Ned/RAB) 30.05.

1. Zabel 193, 2. McEwen 191, 3. Cooke 134, 4. O'Grady 119, 5. Kirsipuu 110, 6. Svorada 108; 12. Kroon 59, 24. Knaven 32, 32. Dekker 26, 44. Boogerd 18, 57. Van Bon 12.

1. Mengin 42, 2. Berges 26, 3. Dierckxsens 15, 4. Rénier 13, 5. Halgand 12, 6. Belohvosciks 10, 9. Van Bon 6, 15. Dekker 3, 20. Kroon 1.

1. US Postal 3.11.07, 2. ONCE 0.20, 3. Kelme 0.58, 4. Lampre-Daikin 2.03, 5. CSC Tiscali 2.50, 6. Rabobank 2.53.

Algemeen klassement: 1. ONCE 100.08.01, 2. US Postal Service 2.11, 3. CSC Tiscali 4.06, 4. Rabobank 5.50, 5. Lampre-Daikin 7.25, 6. Kelme 7.31.

1. Millar (GBr) 1.03.08, 2. Basso (Ita) 1.53, 3. Zubeldia (Spa) 2.00, 4. Mentsjov (Rus) 2.25, 5. Nozal (Spa) 2.39, 6. Casar (Fra) 2.41, 27. Engels (Ned) 7.08.

Algemeen klassement: 1. Millar 33.23.34, 2. Nozal 1.26, 3. Basso 1.54, 4. Mentsjov 3.13, 5. Casar 4.41, 6. Zubeldia 5.01, 24. Engels 24.30.

zoek naar gerelateerde artikelen

di 16 juli 2002