AMSTERDAM - De euro is gisteren langszij de dollar gekomen. Voor het eerst in tweeënhalf jaar is één euro weer één dollar waard en is er sprake van pariteit. Daarmee neemt de Europese eenheidsmunt - volgens critici ooit een tot mislukken gedoemde valuta - een psychologische revanche op zijn Amerikaanse evenknie. Voor dollargevoelige aandelen in Amsterdam had de euromijlpaal echter een bittere bijsmaak: de zwakke dollar sneed opnieuw fors in de koersen.
Na de girale introductie van de euro op 1 januari 1999 verloor de Europese munt geleidelijk terrein aan de dollar. Eurocritici stelden dat de Europese Unie nog te verbrokkeld was om een levensvatbare munt te kunnen dragen. Eindigde de euro op z'n eerste handelsdag net boven de $1,18 (opening op $1,16675), in het najaar van 2000 bereikte de munt een dieptepunt van $0,82.
Pleitbezorgers van de euro beloofden verbetering als de eenheidsmunt daadwerkelijk als betaalmiddel werd ingevoerd, op 1 januari 2002. Dat zou het vertrouwen in de nieuwe munt sterken. En inderdaad begon de euro na die datum aan een opmars. Gistermiddag brak de euro uiteindelijk door de één-op-één grens met de dollar. In financiële kringen wordt een verdere opmars verwacht.
Op de Amsterdamse beurs zorgde de 'comeback' van de euro echter voor koersdalingen. Dollargevoelige fondsen als ABN Amro, Ahold, Aegon, Buhrmann, ING en Koninklijke Olie moesten vele procenten inleveren. Omdat deze bedrijven een groot deel van hun omzet in dollars in de VS verdienen, raakt de zwakte van de Amerikaanse munt hen rechtstreeks in de winst. ABN Amro gleed zelfs weg met 9,5%.
Een analist van SNS Securities verbaasde zich gisteren over de snelheid van de opmars van de euro. "Het geloof in de dollar, in de Amerikaanse economie, lijkt ineens weggevallen. Steeds minder beleggers zijn bereid om aandelen in de VS aan te houden." Dat legt een verkoopdruk op de Amerikaanse munt. Ook de bezorgdheid over de wijze waarop Amerikaanse concerns hun boekhouding verzorgen speelt een rol. In de afgelopen met schandalen doorspekte maand steeg de koers van de euro met 7 dollarcent.
De SNS-analist ziet niet direct een fundamentele reden voor de zwakte van de Amerikaanse greenback. "Het handelstekort van Washington groeit al geruime tijd fors, zo'n miljard dollar per dag. Dat had normaal veel eerder tot een daling van de dollar moeten leiden." Zoals veel van zijn collega's schrijft de valuta-analist de opmars van de euro uiteindelijk toe aan de zwakte van de Amerikaanse economie. De Europese munt kwam er allesbehalve op eigen kracht. "Nog steeds is de EU geen echt blok, zorgen Portugese en Franse begrotingstekorten voor onzekerheid en helpen nieuwe toetredingen als die van Polen en Hongarije ook niet echt." Toch verwacht SNS Securities dat de euro verder aantrekt: tot $1.05 begin volgend jaar.
Eurocommissaris Solbes (Monetaire Zaken) noemde de koersstijging van de euro via een zegsman een "welkome ontwikkeling" die in het belang is van de twaalf eurolanden. "De euro was lang ondergewaardeerd, vergeleken met de macro-economische situatie in de eurozone", aldus de woordvoerder van Solbes.
Waar eerder eurosceptici steen en been klaagden over de zwakke euro, zijn er echter nu al geluiden te horen die waarschuwen voor een te sterke euro. Een te harde munt zou Europese exportgoederen in het buitenland, met name in de VS, een stuk duurder maken. Dat zou kunnen leiden tot dalende verkopen.
Dirk Veestraeten, internationaal econoom aan de Universiteit van Amsterdam, waarschuwt echter niet teveel waarde aan de wisselkoers te hechten. "Als blok drijft de Europese Unie weinig handel met Amerika. Circa 80% van de handel is tussen lidstaten onderling. De koers van de euro is daarbij niet relevant."
Veestraeten stelt dat een sterke euro de hoge inflatie in Nederland mogelijk remt. Omdat olie in dollars moet worden betaald, wordt deze grondstof voor de eurolanden relatief goedkoper. Daarmee daalt de zogeheten geïmporteerde inflatie wat een matigende werking heeft op het algehele prijsniveau. Dat kan uiteindelijk de gang naar de supermarkt minder duur maken. Ook de Nederlandse toerist in Amerika heeft reden tot lachen: met een euro koopt hij nu precies een dollar.
Een lagere inflatie geeft bovendien de Europese Centrale Bank meer ruimte om de rente te verlagen. Dat is weer goed nieuws voor mensen met leningen.
Martien Van Winden, directeur Securities van Theodoor Gilissen Bankiers, auteur en euroscepticus heeft persoonlijk geen hoge pet op van de euro. De euro wordt volgens hem ondergraven door lidstaten die hun begroting en hun pensioen niet op orde hebben.
Hij relativeert de opmars van de euro dan ook. "Eén-op-één, dat is nog altijd ver onder de slotkoers van de euro op 1 januari 1999. Toen bracht een euro nog $1,18 dollar op. De euro staat dus nog steeds bijna 20% in de min. Hoezo sterke munt?"