DELFT - De economische tegenwind voelt nu ook kil aan in de industrie. De helft van alle 47.000 ondernemers in het industriële midden- en kleinbedrijf (mkb) is somber over de economische kansen het komend half jaar. De verwachtingen over omzet, winst en orders zijn pessimistisch.

|
Helft industriële ondernemers somber.
|
Dat blijkt uit de Industriemonitor van werkgevers-organisatie MKB-Nederland in samenwerking met de Rabobank. Maar eenderde van de ondernemers verwacht aan het eind van dit jaar vergeleken met 2001 (50%) een hogere omzet te boeken. En 35% verwacht meer orders; vorig jaar was dit percentage 45%.
De tegenwind blijkt ook uit de drastische daling van de werkgelegenheid. Kwamen er in de mkb-industrie in het tweede kwartaal van 2001 nog 19.000 banen bij, in dezelfde periode dit jaar kelderde dit cijfer naar 1100.
John van Nuenen, lid van de raad van bestuur Rabobank, kwam in hoogst eigen persoon de mkb-industrie een hart onder de riem steken. Hij verwacht dat de tegenwind binnen 12 maanden kan omslaan in een flinke rugwind. Vooral gunstige ontwikkelingen in de exportmarkten zullen hier debet aan zijn, aldus Van Nuenen. "Hierbij is een hoofdrol weggelegd voor de industrie. Van de industriële mkb-bedrijven is nu 38% in het buitenland actief. Dat betekent dat het er steeds meer worden, want in 2001 exporteerde nog een kleine 30%." Niet onbelangrijk aangezien de industrie dé exportmotor is: 80% van de totale Nederlandse export komt voor rekening van deze ondernemers.
Het positivisme van de Rabobank kreeg gisteren van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) onverwacht een steuntje in de rug. De productiedaling vlakt in vrijwel alle industrietakken af, meldde het CBS. De chemische industrie is al een aantal maanden weer meer aan het produceren. "De chemie levert veel grondstoffen aan andere bedrijven en loopt daardoor altijd voorop", aldus een woordvoerder. Voor de aardolie-, rubber- en kunststofindustrie geldt min of meer hetzelfde. Het CBS stelde eerder dat de productie van deze basisgrondstoffen vooral een zetje in de goede richting krijgt door een toenemend vertrouwen onder Duitse industriële ondernemers, die veel producten uit Nederland invoeren.
Rabobank en MKB-Nederland zijn ook positief over het feit dat bedrijven verwachten iets meer te investeren in machines en evenveel geld blijven steken in zaken als gebouwen. De investeringsbereidheid zou kunnen duiden op een stabilisatie, dan wel omslag van de negatieve trend.
Toch loert er volgens MKB-Nederland en Rabobank gevaar voor de ondernemers in de mkb-industrie. De concurrentie is de afgelopen jaren veel feller en sneller geworden. Meer uitbesteden, verplaatsing van productie naar lagelonenlanden en verschuiving van kostendruk naar gespecialiseerde toeleveranciers zijn de industriële trends. Om op termijn te overleven moeten de industriële bedrijven de kosten drukken, meer investeren, het vizier meer richten op de marktniches en vooral nieuwe producten ontwikkelen. Het aantal bedrijven dat nieuwe producten op de markt brengt, is echter scherp aan het dalen. Dit jaar is 30% van plan met iets nieuws te komen, in 1999 was dit nog 60%. Van Nuenen en Hans de Boer, voorzitter van MKB-Nederland, noemen het gebrek aan innovatielust in het mkb "zorgelijk". Volgens De Boer moet zijn achterban harder lopen "om nieuwe kennis in huis te halen".
De mkb-voorman vindt het verder onbegrijpelijk dat deze "belangrijke mkb-sector zo onzichtbaar is. Meer smoel is snel noodzakelijk". Hij ziet hier een schone taak weggelegd voor de nieuwe minister van Economische Zaken (EZ), die door de Lijst Pim Fortuyn (LPF) geleverd zal worden. De Boer's boodschap was als vanouds simpel. "We willen geen mooipraterij maar een minister die meedenkt en hart voor de zaak heeft. Wetgeving moet bijvoorbeeld vooraf getoetst worden op lastendruk."
De Boer moet bij het uitspreken van deze woorden een katterig gevoel hebben gehad. Het CDA wilde hem namelijk als bewindsman op EZ. De Boer bevestigde dat gistermiddag. Maar dat hij tevens door LPF-leider Herben voor EZ is gevraagd - met instemming van CDA-leider Balkenende - vertelde hij er niet bij. Betrouwbare bronnen melden dat De Boer zijn CDA-sympathie echter niet wilde verloochenen en tevens niet als baantjesjager te boek wilde staan en daarom deze tweede kans voorbij liet gaan. "Ik kan nu tenminste wel gewoon op vakantie", relativeerde hij gisteren.
De MKB-onernemers knijpen ondertussen de handen dicht dat hun spraakmakende en op het Binnenhof actief lobbyende voorman op de zeepkist blijft staan.