JERUZALEM - De Palestijnse zelfmoordaanslagen zijn misdaden tegen de menselijkheid. Dat zegt de mensenrechtenorganisatie Amnesty International in een gisteren verschenen rapport.

Aanslagen op burgerdoelen zijn op geen enkele manier te rechtvaardigen, vindt Amnesty dat ook Israël al jaren van het schenden van de mensenrechten van de Palestijnen beschuldigt.

Het nieuwe rapport is gewijd aan het Palestijnse geweld, waarbij sinds het begin van de tweede intifada in september 2000 zeker 350 Israëlische burgers om het leven zijn gekomen. De aanslagen op burgers door Palestijnen zijn volgens Amnesty "wijdverbreid, systematisch en het resultaat van een bewuste politiek. Het zijn misdaden tegen de menselijkheid, en mogelijk ook oorlogsmisdaden."

In een reactie liet de secretaris van het Palestijnse kabinet, Ahmed Abdul Rahman, weten dat de Palestijnse Autoriteit de zelfmoordaanslagen heeft veroordeeld.

Volgens Hamas, de beweging die de meeste zelfmoordaanslagen heeft gepleegd, is het rapport "volkomen bevooroordeeld", en zullen de zelfmoordaanslagen worden voortgezet.

Israël hoopt met de berechting van de gedetineerde Palestijnse voorman Marwan Barghouti te bewijzen dat het Palestijnse leiderschap verantwoordelijk is voor terreuraanslagen, iets wat door leider Jasser Arafat steevast wordt ontkend.

Barghouti, een van de leiders van de Fatah-beweging van Arafat, werd in april op de Westoever aangehouden. Volgens de Israëlische woordvoerder van Justitie Yaakov Galanti zal Barghouti samen met vier andere Palestijnen terechtstaan in een civiele rechtbank wegens "hun betrokkenheid bij verschillende aanslagen in Israël".

Als Israël overgaat tot het berechten van Barghouti, wordt voor het eerst sinds de oprichting van de Palestijnse Autoriteit in 1994 een Palestijnse leider in Israël voor de rechter gebracht. In een recente opiniepeiling is Barghouti na Arafat de meest populaire leider. (Reuters/ANP)

zoek naar gerelateerde artikelen

vr 12 juli 2002