Een eeuwenoude traditie die gekoesterd moet worden of walgelijk volksvermaak? Zodra stierenvechten hier ter sprake komt raken de gemoederen flink verhit, maar in hét stierenvechtland bij uitstek - Spanje - is het nauwelijks een thema.
Francisco Javier Barbero is voorzitter van Olga, Spanjes grootste anti-stierenvechtorganisatie. Hij waarschuwt Nederlandse toeristen deze zomer geen stierengevecht te bezoeken.
"Als je met je ogen open leeft dan zie je toch dat zoiets niet kan. Stierenvechten is een belediging voor alle weldenkende mensen", zegt Barbero (67). Zijn organisatie Olga vecht samen met nog enkele andere Spaanse dierenrechtenorganisaties voor afschaffing van het in hun ogen barbaarse vermaak. Een strijd om bijna moedeloos van te worden, zo lijkt het. Want hoewel er geen harde cijfers zijn over voor- en tegenstanders van het stierenvechten in Spanje, is wel duidelijk dat een overgrote meerderheid er onverschillig tegenover staat. Vooral op het platteland is het stierenvechten nog echt iets dat bij de volkscultuur hoort.
Vandaar dat Olga nu haar pijlen richt op de miljoenen buitenlandse toeristen die Spanje deze zomer weer massaal aandoen. Barbero schat dat de 2000 officiële arena's voor zeker de helft door toeristen bevolkt worden. Hij waarschuwt toeristen voor de 'barbaarse' toestanden in de arena's. "Velen zullen kotsmisselijk naar buiten komen. Laat je niet overhalen een gevecht te bezoeken."
Maar Olga is vooral in eigen land actief om het stierenvechten te bestrijden. Middels huis-aan-huisactiviteiten en imposante billboards (toch vooral in toeristengebieden) wordt aandacht gevraagd voor het lijden van de stier. En ook met enig succes, zo claimt Barbero. In het zuidelijke Alicante zou 92 procent van de bevolking tegen zijn en ook 60 procent van de Catalanen is expliciet tégen het stierenvechten, aldus Barbero. Het Europees georiënteerde Catalonië heeft sowieso traditioneel al minder met stierenvechten dan het traditioneel Spaanse binnenland.
Volgens Barbero verheerlijkt de Spaanse regering van premier José Maria Aznar het stierenvechten. Door middel van het propageren van het stierenvechten en de daarmee samenhangende Spaanse volkscultuur, zou zij willen inspelen op gevoelens van nationale trots. Stierenvechten wordt als iets heroïsch voorgesteld, iets dat samenhangt met kracht, macht en ras.
Barbero noemt het aanwakkeren van de Spaanse nationalistische gevoelens oorlogszuchtig van toon en dit is volgens hem onder meer bedoeld om steun te krijgen voor de strijd tegen de separatistische afscheidingsbeweging ETA. De voorzitter wil de politiek echter gescheiden houden van de dierenrechten. "Een stierenvechter is een laf iemand. Het is simpelweg geen goede traditie. Het kán niet, nu niet en nooit niet."
![[terug]](/krant/logos/terug.omlaag.gif){kind=small}