DEN HAAG - Een groot aantal gemeenten blijkt ook na de rampen in Enschede en Volendam nog steeds weinig concrete actie te ondernemen om een einde te maken aan de vaak gebrekkige handhaving van regels en voorschriften.
Dat blijkt uit een tussenrapportage van minister Korthals (Justitie) over de wijze waarop gemeenten omgaan met het na Enschede en Volendam geconstateerde 'handhavingstekort'.
Hoewel de aandacht voor de handhaving in gemeenten duidelijk is toegenomen, is volgens Korthals nog veel te weinig sprake van echte bijstellingen van de prioriteiten en het beleid op het gebied van veiligheid en het strikt naleven van de regels. Slechts een beperkt aantal gemeenten blijkt echt te werken aan een concreet handhavingprogramma.
De bewindsman heeft de afgelopen maanden onder meer gekeken naar aspecten als brandpreventie, bouw- en woningtoezicht en milieu, waarbij de tekorten bij het naleven van regels en voorschriften overduidelijk naar voren kwamen.
Zo is bij het bouw- en woningtoezicht en de brandpreventie niet of nauwelijks een scheiding aangebracht tussen de vergunningverlening en het toezicht daarop.
Justitie gaat de komende tijd verder met het opstellen van duidelijke criteria waardoor de overheid straks snel kan zien of gemeenten tekort schieten.