BRUSSEL - Een cruciaal moment is in aantocht voor de boeren van Europa en hun regeringen. Het miljarden verslindende Europese landbouwbeleid moet op de schop. Wijnplassen en boterbergen maken plaats voor een milieuvriendelijke, duurzame en voedselveilige landbouw. Dat is wat eurocommissaris Fischler (Landbouw) overmorgen gaat voorstellen in de zogeheten 'midterm review', een tussentijdse evaluatie van de afspraken die de Europese regeringsleiders in '99 maakten in Berlijn.
|
Als het landbouw-commissaris Fischler ligt, krijgt straks alleen de milieuvriendelijke boer nog subsidie.
|
Fischler wil meer dan een beetje aanpassen in de marge, hij wil een fundamentele hervorming van de overjarige Europese subsidiemachine doordrukken. De eurocommissaris zet in op het volledig verbreken van de aloude koppeling tussen productiehoeveelheden en subsidies, die boeren aanzet tot het verbouwen van enorme hoeveelheden voedsel die niemand wil kopen en die met forse exportsubsidies worden gedumpt op de wereldmarkt.
Als Fischler zijn zin krijgt, wordt de steun alleen nog toegekend aan boeren die voldoen aan eisen op het gebied van milieu, dierenwelzijn en voedselveiligheid. De directe inkomenssteun wordt in zeven jaar tijd met een vijfde gekort. Het geld dat overblijft, gaat naar een fonds voor plattelandsontwikkeling. Geen enkel landbouwbedrijf krijgt nog meer dan €300.000 subsidie, om een eind te maken aan de huidige situatie dat 80% van de steun naar 20% van de boeren gaat.
Een milieuvriendelijker landbouwbeleid, kwaliteit boven kwantiteit, meer in lijn met de wereldmarkt en de voorschriften van de WTO; het klinkt allemaal bekend in de oren. Al in '99 in Berlijn probeerde de Europese Commissie hetzelfde te bereiken, maar de Franse president Jacques Chirac kreeg het toen voor elkaar dat de hervormingen werden verwaterd tot de bescheiden 'Agenda 2000'.
Ook nu weer ligt Frankrijk, met afstand de grootste graaier in de agrarische subsidieruif, pontificaal dwars. Parijs weet zich daarbij gesteund door de meeste zuidelijke lidstaten plus Ierland. Chirac argumenteert dat Fischler veel te ver gaat met zijn plannen en dat een fundamentele aanpak van het EU-landbouwbeleid moet wachten tot 2006, als de huidige begroting afloopt.
Maar in dat jaar zitten naar alle waarschijnlijkheid tien nieuwe landen EU-lidstaten aan de vergadertafel. Deze nieuwkomers, voornamelijk uit Oost-Europa, vlassen al sinds de val van de muur op de rijk gevulde Europese subsidiepotten en zijn dus niet te porren voor het vrijwillig afzagen van de tak waarop ze zitten. Frankrijk kan een mooi tandem vormen met Polen, verreweg de grootste nieuwe lidstaat en een overwegend agrarische natie wiens regering de boeren al jaren voorhoudt dat de hemel opengaat na toetreding tot de Unie.
Daar tegenover staan onder meer Duitsland, Zweden, Engeland en Nederland. Deze 'Bende van Vier' wacht met smart op de plannen van Fischler. Genoemde landen zijn sterk voorstander van een ingrijpende modernisering van het Europese landbouwbeleid, vooral omdat de subsidies voor het grootste deel uit hun portemonnee komen. En ze willen de zaak doordrukken vóór de uitbreiding, omdat er daarna niets meer van terechtkomt en de subsidiestroom onbetaalbaar wordt.
Daarom gebruiken deze landen de uitbreiding van de EU als hefboom om druk uit te oefenen op Fischler. De commissie heeft voorgesteld de boeren in de nieuwe landen ook inkomenssteun te geven (beginnend met 25% en oplopend tot 100% in 2013), hoewel dat in Berlijn niet is afgesproken. "Geen sprake van. Alleen als we meteen de garantie krijgen dat die steun voor álle boeren in de Unie wordt afgebouwd", zegt de Bende van Vier. "Geen infasering zonder uitfasering", noemen ze dat kek in Den Haag.
De bende heeft voor elkaar gekregen dat het besluit over inkomenssteun pas in het najaar wordt genomen; na de rapportage van Fischler en na de Duitse verkiezingen. De gevolgen zijn bekend: de kandidaat-landen schreeuwen moord en brand, de commissie waarschuwt dat de uitbreiding in gevaar komt en de zuidelijke lidstaten schilderen hun noorderburen af als ordinaire cententellers zonder historische visie.
Al met al is het duidelijk dat alle ogen overmorgen gericht zullen zijn op Fischler, die zo verstandig is geweest de contouren van zijn plannen tijdig te laten uitlekken, zodat zijn medecommissarissen ze niet meer onderuit kunnen halen. De Oostenrijker denkt het tij mee te hebben. Niet alleen eisen de grote nettobetalers in de EU hervormingen, maar ook de consument is de ouderwetse landbouwpolitiek beu en hecht, na de bse- en mkz-crises, veel meer belang aan voedselveiligheid.
Maar het Franse blok is ijzersterk en de druk van de naderende uitbreiding is groot. Bovendien raakt de landbouwkwestie aan het politieke hart van de Unie, de relatie tussen Berlijn en Parijs. Als Fischler er niet in slaagt de totale kosten van het landbouwbeleid omlaag te brengen, verliest hij wellicht de steun van Duitsland. Bovendien is het nog maar afwachten wat een nieuwe Duitse regering ervan vindt, wellicht onder leiding van de rechtse Edmund Stoiber. Nederland kan zich nu nog prettig verschuilen achter de brede rug van Duitsland. Maar het nieuwe kabinet zal sterke knieën nodig hebben.