MOSKOU - De 33 kompels die gistermorgen in alle vroegte in een kolenmijn in het Oekraïense stadje Oekraïnsk door een brand op 570 meter diepte werden verrast en in de vlammen door verstikking omkwamen, zijn de laatsten op een treurige lijst van bijna 3500 mijnwerkers die sinds 1991 bij hun werk de dood vonden.
Een Oekraïense reddingswerker zit moedeloos buiten de ingang van de mijn waar een brand 33 mijnwerkers het leven heeft gekost. (Foto: REUTERS)
"De 74 mannen die gisteren wisten te ontsnappen, hebben geluk gehad", zegt een waarnemer van de Oekraïense industrie in Moskou. "Men kan zich afvragen of het nu niet eens tijd wordt om werkelijk wat te ondernemen. Slechts de jacht naar steenkool geldt; niet de prijs van een mensenleven."
Volgens Oleksij Petsjenkin, woordvoerder van het Oekraïense ministerie van Noodsituaties, waren 30 mijnwerkers in een wagentje op weg naar de diepte; drie andere slachtoffers werden apart gevonden.
Oekraïensk ligt in het zogeheten Donetsk-bekken, dat sinds het uiteenvallen van de Sovjet-Unie de reputatie heeft één van 's werelds gevaarlijkste mijnregio's te zijn.
Verouderd
Hoewel de officiële toedracht van de tragedie niet meteen naar buiten werd gebracht, was de diepere oorzaak voor ingewijden geen geheim: sterk verouderde schachten, gebrek aan investeringen en de zucht naar productieverhoging ten koste van de veiligheid.
De Oekraïense president Leonid Koetsjma heeft keer op keer - onder andere vorig jaar augustus toen bij een ramp in de Zasjadko-mijn in Donetsk 39 kompels omkwamen - beloofd dat hij de sector zou saneren. Maar tot dusver is daarvan weinig terechtgekomen. Van de 290 mijnen zijn er de afgelopen jaren slechts enkele tientallen gesloten.
In 1998 stak een Oekraïense mijnwerker zich in het openbaar in brand uit protest omdat hij zijn gezin niet kon voeden. Hij verdiende zo'n €100 per maand. Ander werk als alternatief is er meestal niet. Afgezien van het feit dat rigoureuze mijnsluiting honderden miljoen euro's kost, zou die in Oekraïne een sociale explosie betekenen.