Binnen de LPF brak eind vorige week totaal onverwacht grote commotie uit nadat Dost en Langendam het interim-bestuur onder leiding van Sleeswijk Visser via een heuse coup aan de kant zetten en aangaven zelf als bestuur te willen doorgaan.
Terwijl Dost zich ook gisteren bleef verzetten, gaf Langendam gisteren daarentegen eerder op de dag aan dat hij zijn lidmaatschap van het bestuur alsnog zou neerleggen. "Ik heb er geen zin meer in", zo zei hij tijdens het binnengaan van zijn partijkantoor.
Dost en Langendam stelden gisteren in een brief aan de leden van het interim-bestuur dat de woensdag te houden LPF-vergadering in hun ogen niet rechtsgeldig is en dat er daarom geen besluiten mogen worden genomen.
Beide bestuursleden beroepen zich daarbij op onderzoek van prof. Van der Ploeg van de Vrije Universiteit, die het besluit om alleen leden toe te laten die kunnen bewijzen dat zij hun contributie hebben betaald als "een onterechte beperking" omschreef.
Naast Herben en bemiddelaar Van As uit de LPF-fractie probeerden gisteravond ook de uit de vastgoedwereld afkomstige geldschieters Harry Mens en Ed Maas de volledig uit de hand gelopen ruzie binnen de LPF te beëindigen.
De LPF-fractie in de Tweede Kamer, die via fractieleider Mat Herben dicht bij een definitief regeerakkoord met CDA en VVD is, benadrukte gisteren opnieuw dat Dost en Langendam met hun opstelling rechtstreeks aansturen op een onherstelbare breuk in de partij.
De 26-koppige LPF-fractie kondigde eind vorige week al aan dat zij uit de partij zouden stappen als Dost en Langendam woensdag definitief geen plaats zouden maken voor het nieuwe bestuur. Gisteren ontstond even enige onduidelijkheid of de LPF-fractie aan deze lijn zou vasthouden, maar fractieleider Herben maakte later op de dag duidelijk dat het dreigement nog steeds volledig van kracht is en dat hij de harde opstelling van zijn fractie volledig steunt.