AMSTERDAM - Tegenvallende verkopen van ijs en kant en klare thee in West-Europa, als gevolg van het slechte voorjaarsweer, drukten de omzet van Unilever in de maanden april en mei van dit jaar met 0,4%. In Noord- Amerika en Azië verliep de ijsverkoop volgens Unilever wel volgens wens. Het levensmiddelenconcern verwacht het tweede kwartaal een totale omzetgroei te behalen van 3 tot 4%. De omzetgroei van de 400 leidende merken waarmee Unilever verder wil, ligt rond de 4,5%.
Howard Green, vice-president Investor Relations bij Unilever, stelde gisteren tijdens een tussentijdse analistenbijeenkomst dat er inmiddels stappen zijn genomen bij de ijsdivisie om minder afhankelijk te zijn van het weer of impulsaankopen van de consument. De kosten zijn behoorlijk naar beneden gebracht waardoor er volgens hem nog altijd een winstgevendheid in de 'high teens' resulteert.
Ook in het tweede kwartaal van dit boekjaar zal de groei van de omzet lager uitvallen als gevolg van het wegvallen van omzet van afgestoten merken. In totaal zal hierdoor 530 miljoen euro omzet minder worden behaald.
De omzetgroei van de leidende merken met 4,5% bestond volgens Green voor de helft uit prijsstijgingen en voor de andere helft uit een groei van het volume.
Unilever verwacht in het tweede kwartaal een groei van de winst per aandeel, exclusief buitengewone baten en lasten en voor amortisatie goodwill, van 20% te behalen. De operationele marge zal rond de 14,5% liggen.
De ingezette kostenbesparingen beginnen volgens Green hun vruchten af te werpen. Bovendien heeft Unilever een aantal prijsverhogingen doorgevoerd om de gestegen kosten in de ontwikkelende markten op te vangen.
In het tweede kwartaal zal Unilever zo'n €350 miljoen aan goodwill afschrijven. De rentelasten komen uit op zo'n €330 miljoen als gevolg van een sterke cashflow en dalende rentelasten. Voor herstructureringen en andere eenmalige posten wordt een voorziening getroffen van €250 miljoen.
Voor het hele jaar houdt Unilever vast aan eerder uitgesproken verwachting van een lage dubbelcijferige groei van de winst per aandeel en verdere groei van de leidende merken.