door Tjyying Liu PEKING - Vraag een Chinese ambtenaar wat het grootste succes is van de Chinese Communistische Partij in de afgelopen 20 jaar, en het antwoord luidt: het uitroeien van de absolute armoede op het platteland.

Twee boeren op het Chinese platteland in Sichuan trachten hun door de recente overstromingen weggespoelde huizen weer op te bouwen.<\N\N (Foto: AP)

Maar na tientallen jaren strijd en trots gepresenteerde resultaten dreigt voor de plattelandsbevolking een nieuwe humanitaire ramp. 900 miljoen boeren staan bloot aan allerlei kwalen en ziektes doordat ze de duurdere medicijnen niet meer kunnen opbrengen. Slechts een op de tien boeren kan zich een ziektekostenverzekering veroorloven.

De snelste manier om arm te worden is een bezoek aan de dokter, concludeert een onderzoek dat uitwees dat voor elke tien Chinezen die zichzelf boven de armoedegrens tillen, er twaalf onder vallen door medische uitgaven. De gezondheidszorg kost steeds meer geld, de lonen op het platteland stijgen evenwel niet.

De situatie is acuut, maar het probleem van de steeds duurder wordende gezondheidszorg bestaat al sinds 1979. "Het ging fout toen de collectieve economie plaatsmaakte voor de markteconomie. Daardoor stortte de infrastructuur van de gezondheidszorg ineen", zegt een deskundige, die liever niet bij naam genoemd wil worden.

Dokters moesten zelf zien rond te komen met verdiensten uit behandelingen en de verkoop van medicijnen. Plotseling was er geen overheidsgeld meer voor de collectieve gezondheidscentra en ziekenhuizen die de toenmalige president Mao Zedong in de jaren vijftig in de kleinste gemeentes en dorpen had opgezet.

Ook voor ziekenhuizen is winst een steeds belangrijker drijfveer geworden. Om het hoofd boven water te houden, persen ze zelfs hun patiënten uit, zijn veelgehoorde klachten in de media. Zieken zijn vaak de dupe van onnodig voorgeschreven pillen en langgerekte behandelingen. Maar zolang de overheid geen bescherming biedt en geen geld uitgeeft om de infrastructuur van de gezondheidszorg op het platteland weer op te zetten, blijft de armste laag van de bevolking hulpeloos.

Peking geeft wel geld uit, maar aan de verkeerde zaken, luidt de beschuldiging. "Er wordt veel te veel besteed aan dure apparatuur en het bouwen van grote ziekenhuizen in de stad", aldus een deskundige. "Het is echter niet de stad, maar het platteland dat in nood is", zegt hij. "Belangrijker dan een groot ziekenhuis zijn de plattelandscentra. Daar staat men dichter bij de bevolking en kan men meer aan preventieve zorg doen."

Volgens hem ziet het ernaar uit dat er steeds minder geld wordt uitgetrokken voor de armeren. "Proportioneel neemt het budget voor de gezondheid jaarlijks zelfs af. Dat proces is al aan de gang sinds Deng Xiaoping zijn nieuwe markteconomieplannen introduceerde.

Peking is meer geïnteresseerd in investeringen in het ontwikkelen van de infrastructuur. De sociale sector lijdt daar onder."

zoek naar gerelateerde artikelen

di 25 juni 2002