BARCELONA - Op de dag dat in Sevilla de Eurotop begon, liet ook de Baskische terreurorganisatie ETA weer van zich horen. Aan de Costa del Sol ontploften gisteren kort na elkaar twee autobommen, die zes gewonden en omvangrijke materiële schade veroorzaakten.
De eerste bom, bestaande uit ongeveer 50 kilo springstof, explodeerde rond de klok van zeven 's morgens op de boulevard van het populaire Fuengirola. Door de expansiegolf sneuvelden alle ramen van het nabijgelegen hotel Piramides, waar op dat moment 600 gasten, vooral Britten en Duitsers, logeerden.
Zes toeristen liepen min of meer ernstige verwondingen op en moesten in het ziekenhuis van Marbella opgenomen worden. Het ergste was een 33-jarige Britse toerist eraan toe. Zijn toestand werd door het ziekenhuis als zeer ernstig omschreven. De onfortuinlijke Brit moest een operatie van ruim vier uur ondergaan omdat zijn linkerlong, zijn milt en middenrif door rondvliegend metaal ernstig beschadigd waren.
Rond het middaguur explodeerde een tweede bom in hartje centrum van het mondaine Marbella. Omdat de terroristen ruim van tevoren gewaarschuwd hadden dat in Marbella een bom zou ontploffen, konden alle belendende kantoren tijdig worden ontruimd. Daardoor was er alleen sprake van aanzienlijke materiële schade. Zeventien auto's die in de buurt van de bomauto stonden geparkeerd, veranderden in geblakerde wrakken. Persoonlijke ongelukken deden zich niet voor.
De politie neemt aan dat de aanslagen het werk zijn van de ETA. De Baskische terreurorganisatie zou daarmee de politieke leiders in Sevilla een demonstratie van haar kracht willen geven. Maar de aanslagen vormen ook een onderdeel van de traditionele jaarlijkse campagne van de ETA om toeristen af te schrikken door in de bekende toeristencentra aanslagen te plegen.
Vorig jaar ontploften potente bommen in Salou en in Gandia. In het verleden koos de ETA al eerder de Costa del Sol als favoriet doelwit. In het jaar 1986 ontploften in één zomer zes bommen in Marbella, Torremolinos, Malaga en Fuengirola.