door Guido van de Kreeke MÜNSTER - Nederland en Duitsland hebben deze week een mijlpaal beleefd door een nieuwe militaire samenwerking van Europese snit met succes tot stand te brengen. Op een vliegbasis in het Duitse Fassberg werd het hoofdkwartier van het gezamenlijke Duits-Nederlandse Legerkorps met militair ceremonieel 'snel inzetbaar' verklaard.
|
Frank de Grave. (Foto: PETER-VINCENT SCHULD)
|
De Duitse minister van Defensie Rudolf Scharping sprak bij die viering over een waar "succesverhaal van verbazingwekkende en veelbelovende daadkracht naar nauwere samenwerking binnen Europa".
Na grote investeringen in een mobiele uitrusting en moderne communicatie- en commandotechnologie heeft het hoofdkwartier zojuist een reeks NAVO-examens doorstaan. Het heeft daarbij bewezen binnen twintig dagen op een willekeurige plaats in de wereld een nieuwe NAVO-operatie te kunnen opstarten.
In anderhalf jaar is de tijd, die nodig is om korps met hoofdkwartier operationeel te krijgen, gereduceerd van 90 tot 20 dagen, een karwei dat werd verricht onder een Nederlandse korpscommandant, luitenant-generaal Marcel Urlings.
Duitsland en Nederland ontzenuwen hiermee een deel van de vooral Amerikaanse kritiek dat Europa op vrijwel alle fronten in militaire slagkracht achterblijft. Het snelle hoofdkwartier kan nu NAVO-vredesmissies leiden; het kan, als snel inzetbare eenheid, een crisisgebied als eerste binnentrekken.
Voor Nederland zullen daar dan de Luchtmobiele Brigade en 'special forces' van het Korps Commandotroepen aan deelnemen. Het hoofdkwartier kan iedere 48 uur van locatie veranderen. En afhankelijk van de soort missie kan het uiteindelijk een multinationale troepenmacht van over de 60.000 man leiden.
Denemarken, Italië, Noorwegen, Spanje, Engeland en de VS hebben al besloten officieren op het hoofdkwartier in Münster te plaatsen zodat hun landen kunnen meedoen met door het Duits-Nederlandse Korps geleide acties. Volgens Scharping leveren onze beide landen met dit korps nu "een sleutelbijdrage" aan de versterking van de Europese militaire capaciteit.
Binnen de NAVO-hervormingsplannen moeten er in Europa uiteindelijk drie snel inzetbare hoofdkwartieren komen. De NAVO had er altijd al een, het Allied Rapid Reaction Corps (ARRC) gelegerd in het Duitse Rheindahlen. Na het nu van de nodige certificaten voorziene Duits-Nederlandse Korps dingt een reeks hoofdkwartieren nog naar de derde plaats. Dan gaat het om de keuze tussen het Frans-Duitse Eurocorps uit Straatsburg en hoofdkwartieren die Spanje, Italië en Turkije kandidaat stellen.
Demissionair minister Frank de Grave tekende met de Duitsers na de plechtigheden in Fassberg aansluitend nieuwe afspraken tot verdere integratie. Zo zullen de wederzijdse patrioteenheden, ter bescherming tegen aanvallen door vliegtuigen en ballistische raketten, nauw gaan samenwerken.
Deze systemen, waar Duitsland er 36 van heeft en Nederland binnenkort zeven, zullen ingezet kunnen worden ter bescherming van het Duits-Nederlandse Legerkorps tijdens een operatie. Minister De Grave wees er bovendien op dat het hoofdkwartier in veelsoortige operaties van niet alleen de NAVO maar ook die van "de EU en de VN dienst kan doen".