OSS - De automobielindustrie heeft de consolidatieslag al grotendeels achter de rug. Zo niet één van haar belangrijke toeleveranciers, de producenten van aluminium onderdelen. Maar dat moet wel gebeuren, zo stelt directeur Hans Schlösser van Euralcom.

|
HANS SCHLÖSSER ... opklimmen tot de top vijf in Europa ...
|
"De concurrentie is groot en de marges staan onder zware druk. Schaalvergroting is dan het antwoord." In Oss staat het hoofdkantoor van Euralcom, een Nederlands-Italiaanse combinatie die nu al tot de Europese top tien behoort. Schlösser ontvouwt er ambitieuze groeiplannen. "Een verdubbeling van de omzet in drie jaar en een beursnotering."
Euralcom levert onderdelen aan vrijwel alle grote automobielfabrikanten in Europa. Op de productielocatie in Oss toont Schlösser niet zonder trots de smeltovens en de manier waarop het vloeibare aluminium wordt omgetoverd tot diverse motoronderdelen. Computergestuurde robots begeleiden het hele proces. "Vroeger werd het aluminium nog met een soeplepel in de mal gegoten", zegt Schlösser glimlachend. Afgelopen jaar maakte Euralcom ruim 48.500 ton product.
Het bedrijf ontstond in 1997 door het samengaan van Brabant Alucast, een afsplitsing van het toenmalige Hoogovens, en het Italiaanse Stampal.
Ook in dat jaar waren de groeiplannen niet mis: de omzet moest binnen drie jaar van €100 miljoen uitgroeien tot €300 miljoen. Dat werd niet gehaald. Maar een jaar later, in 2001, kwam het fusievoordeel wel tot uitdrukking in de cijfers. Toen maakte de omzet een groeispurt van ongeveer €160 miljoen in 2000 naar ruim €350 miljoen. Voor komend jaar verwacht Schlösser een omzet van €550 miljoen.
De winst na belastingen en afschrijving van goodwill kwam het afgelopen boekjaar uit op €582.000 negatief. De winst werd onder meer gedrukt door de opgelopen financieringskosten, personeelskosten en de afschrijving op vaste activa en goodwill. Euralcom acquireerde diverse branchegenoten, zoals het Franse Fabris en het Portugese Sonafi.
Het bedrijf heeft nu vestigingen in Italië, Oost-Europa, Frankrijk en Brazilië.
Noord Amerika lonkt al een tijdje. Maar om die sprong te kunnen maken heeft Euralcom financiële middelen nodig. De plannen voor een beursgang werden een jaar geleden gesmeed, maar liggen sindsdien op de plank. Euralcom wacht op betere beurstijden. "Zodra het investeringsklimaat aantrekkelijker wordt, zetten we de boel in gang. Het sentiment is in elk geval in ons voordeel veranderd. Nu de internethype voorbij is hebben beleggers weer oog voor de 'oude economie'." Los van het geld dat een beursgang in het laatje moet brengen vindt Schlösser een notering "de meest stabiele vorm van bedrijfsvoering voor de lange termijn". "De huidige aandeelhouders heroverwegen hun posities iedere twee, drie jaar. Dat is onrustig."
Op de lange termijn heeft Schlösser voor zijn bedrijf een plekje in de Europese top vijf en in de wereldwijde top tien in gedachten. Maar dan moet er nog veel gebeuren. De consolidatieslag in deze branche is maar net begonnen. Europa telt nog ongeveer 300 zogenoemde gieterijen. De autonome omzetgroei van Euralcom is met 10% volgens Schlösser bovengemiddeld. De rest is dankzij acquisities. "Deze branche is een typische verdringingsmarkt. Wij kunnen bijna alleen maar groeien ten koste van anderen."
Het bedrijf leunt zwaar op de automobielindustrie. Zo'n 85% van de omzet komt daar vandaan. "Te zwaar, vinden sommige banken. Maar wij hebben een aantal unieke technieken in huis waarmee we ons kunnen onderscheiden." Toch wordt iedere onderhandeling met het mes op tafel gevoerd. "De auto-industrie is buitengewoon hard en weet de machtspositie goed uit te buiten. Wat marges betreft is het iedere dag oorlog."