AMSTERDAM - Fraude-officier Joost Tonino vroeg de rechtbank gisteren vier jaar celstraf en een geldboete van €3 miljoen op te leggen aan Eddy Swaab, daarmee tot nu toe de hoogste straf eisend in de beursfraudezaak 'Operatie Clickfonds'. De naar Zwitserland gevluchte Swaab heeft zich volgens het Openbaar Ministerie (OM) schuldig gemaakt aan een belastingfraude van €7,7 miljoen, omkoping en leiding geven aan een criminele organisatie. Hij is daar mee "Spin in het web" in het Clickfondsdossier dat zich nu al bijna vijf jaar voortsleept.
Je zult het niet vaak meemaken in de rechtbank: een officier van justitie die de vrouw van de voortvluchtige hoofdverdachte omhelst. Dat het gisteren voorviel, is verklaarbaar. De zoenende fraude-officier in kwestie was Hendrik Jan Biemond, jarenlang raadsman van hoofdverdachte Swaab. Biemond maakte onlangs de opmerkelijke overstap naar het OM (zich verre van dit dossier houdend). Vandaar de hartelijke begroeting van mevrouw Swaab, die in tegenstelling tot haar echtgenoot wél op de zitting verscheen.
Voor de rest was er weinig reden tot vreugde in het 'kamp Swaab'. De enorme eis van het OM kwam hard aan. Fraude-officier Tonino zei met de zaak een belangrijk signaal af te geven aan de rest van de financiële wereld. Raadsman Peter Baauw haalde zijn schouders op bij het horen van de strafmaat: "Ach, het is gewoon een hoge inzet om alle bombarie van de afgelopen jaren te verdedigen. Op basis van de tenlastelegging is de eis zelfs verdedigbaar. Maar als je naar de feiten kijkt, blijft daar weinig van over."
Dat Eddy Swaab nu tot een van de belangrijkste verdachten in de beursfraudezaak wordt gerekend, ontstond bij toeval. Justitie stuitte in de herfst van 1997 op de naam Swaab tijdens invallen bij de Amsterdamse effectenbeurs en een aantal effectenbanken, waaronder Bank Bangert Pontier (BBP, nu Friesland Bank Securities), waar Swaab bankierde. Het OM zocht er naar bewijzen van criminele activiteiten met gebruik van coderekeningen (bankrekeningen waarvan de houder geheim blijft).
Een huiszoeking bij Swaab volgde, waarbij een klein fortuin in contanten werd aangetroffen, voorzien van BBP-wikkels. Daarnaast vond Justitie agenda's met daarin notities van betalingen aan diverse personen met strategische posities in de beurswereld, waaronder effectenhandelaren en een pensioenfondsbeheerder. Volgens Justitie vormden zij - onder leiding van Swaab - een netwerk dat tegen betaling koersgevoelige informatie leverde. Swaab bleek bovendien over de vermogens van een groot aantal aan hem gelieerde bedrijven en stichtingen te kunnen beschikken. Het bestaan daarvan heeft hij volgens het OM verzwegen aan de belastingdienst, zich daarmee schuldig makend aan een omvangrijke belastingfraude.
De verdediging van Swaab, bestaande uit maar liefst drie advocaten, begon gisteren met het omverzagen van deze laatstgenoemde verdenking. Hun cliënt is in de jaren negentig, waar het proces betrekking op heeft, net zo min inwoner van Nederland als hij dat nu is. Daarom kan hem niet verweten worden dat hij zijn vermogen (waarvan het bestaan overigens eveneens werd bestreden) voor de belastingdienst heeft verzwegen. Vandaag wordt de rechtszaak voortgezet.