BELGRADO - De ideologische machtsstrijd tussen de Joegoslavische president Vojislav Kostunica en de Servische premier Zoran Djindjic, die al sluimerde sinds het verdrijven van Slobodan Milosevic in oktober 2000, is gisteren tot een heftige uitbarsting gekomen.

|
President Kostunica
...pesterijen... (Foto: AP)
|
Het resultaat is dat Djindjic niet meer zeker is van een meerderheid in het parlement van de Joegoslavische deelrepubliek Servië. Tussen beide hoofdrolspelers van de oktoberrevolutie botert het al lang niet meer. Zeker nadat Djindjic, zonder medeweten van Kostunica, Milosevic vorig jaar uitleverde aan het VN-tribunaal in Den Haag, is vooral de Joegoslavische president in de weer met pesterijen.
De voornaamste, en meest effectieve pesterij was de opdracht aan de 45 leden van zijn Democratische Partij van Servië (DSS) de zittingen van het Servische parlement te boycotten. De meeste van hen waren meestal afwezig, waardoor Djindjic niet kon beschikken over het vereiste minimum aantal zetels om hervormingen door het parlement te krijgen.
Op last van Djindjic werden in de nacht van woensdag op donderdag 21 DSS parlementariërs uit het parlement ontslagen vanwege "chronische afwezigheid". Reden voor Kostunica om zijn partij de opdracht te geven met alle 45 leden de plaat te poetsen. De partij sprak gisteren van "een staatsgreep" van Djindjic toen de leden demonstratief het parlementsgebouw verlieten.
De uitbarsting is een teken dat de machtsstrijd nu volledig is. De 18 partijen, die twee jaar geleden in de DOS-coalitie tegen Milosevic bijeen werden geharkt, lijken steeds meer van elkaar vervreemd te raken. Een inzet voor de politieke oorlog is er zeker. Eind dit jaar moet er in Servië een nieuwe president worden gekozen. Kostunica wil dat er dan ook nieuwe parlementaire verkiezingen worden gehouden.