DEN HAAG - Drie ambtenaren van de provincie Zuid-Holland zijn op non-actief gesteld naar aanleiding van het onderzoeksrapport naar mogelijke fraude bij de dienst Beheer en Onderhoud. Daarnaast zijn verschillende leidinggevenden van deze afdeling overgeplaatst.
Dat heeft gedeputeerde M. Houtman (Verkeer en Vervoer) gisteren bekendgemaakt. Volgens de bestuurder blijkt uit het rapport van accountantskantoor Arthur Andersen dat door de afdeling Beheer en Onderhoud, die verantwoordelijk is voor de wegenbouw, tussen 1994 en 2001 nauwelijks openbare aanbestedingen zijn uitgeschreven. Zo werden projecten gewoon aan een bepaalde aannemer gegund, zonder dat werd nagegaan of een ander bedrijf het niet voor een lagere prijs zou willen doen.
Hoeveel geld deze ongeoorloofde praktijken de provincie hebben gekost, kon Houtman niet zeggen. "We vermoeden dat we door het gebrek aan marktwerking wel teveel hebben betaald. Maar om hoeveel dat gaat, valt gewoonweg niet te zeggen", aldus de bestuurder.
De vermeende fraude bij de dienst Beheer en Onderhoud is het derde schandaal in korte tijd waarmee de provincie Zuid-Holland te maken krijgt. Zo bleek onlangs ook al dat er bij de afdeling Groenservice 1,5 miljoen euro onrechtmatig is uitgegeven. Daarnaast staat bij velen ook de Ceteco-affaire (1999) nog vers in het geheugen.
Volgens Houtman rekent het provinciebestuur zich de affaires terdege aan. "Het is duidelijk dat er de afgelopen jaren onvoldoende controle is geweest. Daarom zijn we ook al enige tijd bezig om de zaken te verbeteren en hadden we ook zelf om dit onderzoek gevraagd", reageert de gedeputeerde.