STRAATSBURG - Het Europees Parlement wil dat de EU vanaf 2012 haar grenzen volledig sluit voor cosmetica die op dieren is getest. In 2007 wil het parlement al een gedeeltelijk verbod invoeren voor die cosmetische producten waarvoor voldoende betrouwbare alternatieve testen zijn bedacht, zodat dierproeven niet meer nodig zijn.
In de tussentijd moeten er dan ook alternatieve testmethodes worden uitgedokterd om giftigheid vast te stellen van cosmetica. Dat gaat in bepaalde gevallen nu nog niet zonder het uit te proberen op dieren. De socialisten en groenen in het EP wilden al in 2007 een totaal verbod, maar ze kwamen daarvoor onder meer de stemmen van de Franse socialisten tekort. Die stemden voor uitstel onder druk van de grote Franse cosmetica-industrie.
De EU-lidstaten willen echter niet dat de Unie op eigen houtje een verbod invoert maar willen dat in OESO-verband doen. Ze vrezen dat bij een eenzijdige invoering grote cosmeticaproducenten zoals de VS en Japan naar de Wereldhandelsorganisatie WTO zullen stappen om een klacht in te dienen.
Compromis
Het parlement en de lidstaten moeten nu een compromis zien te bereiken aangezien het EP in deze kwestie volledige medezeggenschap heeft. De twee partijen zijn het wel eens dat er vanaf 2005 al binnen de Unie geen dierproeven voor cosmetica mogen worden uitgevoerd.
Europarlementariër Alexander de Roo (GroenLinks) vindt dat het Europees Parlement in de komende onderhandelingen met de EU-lidstaten moet vasthouden aan een totale ban in 2012. "Anders gebeurt er nooit iets. In OESO-verband kan je het vergeten, daar kan ieder land de zaak met een veto tegenhouden."
Kleine stap
Overigens vormen volgens De Roo cosmeticatesten slechts 0,03% van het totaal aantal dierproeven. "Dit is een kleine stap", erkent hij. "Maar wel een eerste in de goede richting."
Unilever reageerde gisteren opgelucht dat het parlement onderscheid heeft gemaakt tussen diertesten waar wel of geen alternatief voor op de markt is. Het concern roept alle partijen op te komen tot een "evenwichtige oplossing die rekening houdt met de realiteit wat betreft de alternatieven".