DEN HAAG - Het is slecht nieuws voor onder meer Albert Heijn en Aegon, maar boodschappers lopen niet warm voor verzekeringsproducten in supermarkten. Niet meer dan één op 100 consumenten vindt verzekeringen 'passen' in de schappen van de supermarkt, leert onderzoek van de Erasmus Universiteit in opdracht van het Centraal Bureau voor Levensmiddelenhandel (CBL). Een streep door de rekening van Albert Heijn? Geenszins, zegt directievoorzitter Dick Boer. Concrete plannen voor een reis- of autoverzekering hebben AH en Aegon ondertussen niet.
|
De omzet van de supermarkten steeg vorig jaar met €22,9 miljard.
|
In opdracht van het CBL legde de Erasmus Universiteit consumenten 22 mogelijke uitbreidingen voor van het supermarktassortiment. Gevraagd werd om aan te geven welke uitbreidingen als 'passend' worden beschouwd. Onderaan de lijst, zo bleek gisteren, bungelen verzekeringsproducten: 1% van de consumenten vindt verzekeringen passen in de schappen van een supermarkt. 'Geneesmiddelen zonder recept' vindt 71% passend en voert daarmee de lijst aan.
Albert Heijn biedt zijn klanten al enige tijd een spaarrekening aan met verzekeraar Aegon. Klanten van 'Bert' kunnen daarnaast beleggen via het AH Vaste Klantenfonds. Beide financiële producten zijn volgens de aanbieders ervan een groot succes. De meer bancaire diensten worden door consumenten ook als veel passender in het supermarktassortiment ervaren, blijkt uit het onderzoek van de Erasmus Universiteit: 17% vindt ze op hun plek in de schappen van de super.
In de top vijf bevinden zich - naast de geneesmiddelen zonder recept - kaart- en ticketverkoop (treinkaartjes bijvoorbeeld), de slijterij, een fotoservice en kantoorartikelen. Sterke drank en receptloze geneesmiddelen zijn nu nog niet in supermarkten te krijgen, omdat regelgeving de verkoop ervan niet toestaat. Als minst passend in het schap worden - naast verzekeringsproducten - telecomapparatuur, computers, interieurartikelen en tuinbenodigdheden/gereedschap beschouwd.
Naast het onderzoek van de Erasmus Universiteit presenteerde het CBL gisteren ook het jaarverslag over 2001. De totale omzet van supermarkten steeg vorig jaar met 6,6%, tot €22,9 miljard. Aanleiding voor CBL-voorzitter Klaas van den Doel om op te merken dat "de stagnatie van de economie de levensmiddelenhandel dus voorlopig voorbij" gaat.
Dat laatste is nog maar de vraag, want was in 2001 dan wellicht sprake van een omzetstijging, van een afzetstijging was dat allerminst het geval, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De gemiddelde prijsstijging van voedingsmiddelen en niet-alcoholische dranken was vorig jaar 6,7%, aldus de rekenmeesters van het CBS.
Schoon je vervolgens de omzetgroei die het CBL meldt op voor de inflatie, dan rest een krimp van 0,1%. "De omzetstijging was vooral een prijsaffect", erkent AH-directeur Boer.
Zoals het een goede brancheorganisatie betaamt, had het CBL gisteren ook nog een boodschap voor politiek Den Haag. Het beoogde nieuwe kabinet CDA/LPF/VVD moet de grote problemen op het gebied van criminaliteit en bereikbaarheid van supermarkten voor bevoorrading voortvarend aanpakken en overbodige regelgeving schrappen, betoogde voorzitter Van den Doel.
Jaarlijks wordt volgens het CBL €180 miljoen uit supermarkten gestolen en het 'verwerpelijke voornemen' van demissionair minister Jan Pronk om statiegeld te gaan heffen op blikjes en petflesjes zou de detailhandel en consument per jaar €125 miljoen kosten. "We hopen dat het nieuwe kabinet na Pronk ook dit slechte plan bij de prullenbak zal zetten", aldus Van den Doel.
Op basis van de verkopen in de eerste vijf maanden van dit jaar verwacht het CBL voor 2002 eenzelfde omzetstijging als in 2001.