Foeke Booy (Foto: Dijkstra bv)

AMSTERDAM - FC Utrecht-voorzitter Gerrit Bloemink sprak zaterdagmiddag bij de presentatie van Foeke Booy als opvolger van de opgestapte trainer Frans Adelaar de hoop uit dat hiermee een uiterst rumoerige periode kon worden afgesloten. De van assistent tot hoofdtrainer bevorderde Booy, die een contract voor één jaar tekende, werd opmerkelijk genoeg meteen gepresenteerd nadat Bloemink en technisch directeur Han Berger hun visie op het vertrek van Adelaar hadden gegeven. "Ons beeld van de werkelijkheid is anders dan zíjn beeld van de werkelijkheid, maar ik benadruk dat dit ónze werkelijkheid is", relativeerde de preses al voordat er één zin was uitgesproken.

De bijeenkomst was aangekondigd als de tegenaanval van FC Utrecht in de richting van Adelaar, die zich volgens de club had bezondigd aan moddergooien. De trainer had eerder in de week een persconferentie belegd om zijn redenen voor het vertrek aan te geven. Omdat Berger enkele dagen eerder precies datgene had ontkend wat Adelaar als argumenten voor zijn vertrek opgaf, leed Berger serieus gezichtsverlies.

De bijeenkomst van zaterdagmiddag werd door de technisch directeur van tevoren aangekondigd als zouden er "opzienbarende mededelingen" worden gedaan. Uiteindelijk brachten Bloemink en Berger twee nieuwe zaken naar voren.

De ware reden voor Adelaars vertrek was volgens Bloemink en later ook Berger dat in de afgelopen periode "de chemie tussen trainer en spelers niet meer 100 procent was en dat er een zekere afbrokkeling gaande was." De voorzitter suggereerde hiermee dat Adelaar eieren voor zijn geld had gekozen voordat de onvermijdelijke neergang zijn naam en reputatie zou schaden, maar zag over het hoofd dat Adelaar met zijn vertrek een flinke beschadiging voor lief heeft genomen. Er zijn ongetwijfeld heel wat clubs die niet gecharmeerd zijn van een trainer die zijn eigen plan trekt als het beleid hem niet aan staat en bovendien openlijk communiceert over wat de pijnpunten waren.

Technisch directeur Berger bracht daarna naar voren dat Adelaar genoeg zou hebben gehad van Stijn Vreven en Harald Wapenaar. Deze dominante spelers zouden een bedreiging voor zijn autoriteit hebben gevormd en daarom zou Adelaar liever hebben gezien dat ze verkocht zouden worden. Een stevige aantijging, die door Berger echter zo terloops werd gedaan en bovendien zo weinig werd gespecificeerd, dat de impact minimaal was. Zo werd in het geheel niet duidelijk of deze kwestie überhaupt wel een rol had gespeeld in het vertrek van Adelaar.

De spelersgroep had het bewuste verhaal al eerder gehoord op een toernooi in Spanje. Gesouffleerd door Berger confronteerden Gertjan Steendam en Bill Gillissen, de mental coaches van MSA, de spelers er mee, waardoor er grote onrust ontstond in de spelersgroep. Een vreemde manier van mentale begeleiding, want als er blijkbaar geen link is tussen Adelaars vertrek en zijn schijnbare wens is het enige effect van zo'n mededeling onderlinge verdeeldheid in de groep en weerzin achteraf tegen een al vertrokken trainer.

"Wij worden als spelersgroep gek gemaakt door verhalen van twee kanten. Wij weten niet meer van welk hout je pijlen maakt", meende een ontstemde Vreven vanuit Spanje. "Harald en ik worden in de hele discussie betrokken. Wij worden daarvoor misbruikt en dat verdienen wij niet."

Vreven heeft deze week een gesprek aangevraagd bij Berger. De Belg heeft zo'n slecht gevoel over de hele gang van zaken, dat hij serieus nadenkt over een vertrek.

Behalve het argument dat Adelaar zou hebben achtergehouden bespraken Bloemink en Berger ook de twee argumenten die Adelaar voor zijn opstappen gaf. Nadat de voorzitter eerst nog had gesuggereerd dat de term 'verstoorde arbeidsrelatie' door Adelaar enkel en alleen om juridische redenen zou zijn gebruikt en had gesteld dat de relatie tussen Adelaar en Berger de laatste maanden juist zo goed was, maakte laatstgenoemde met een lang betoog duidelijk dat er toch zeker sprake was van een ernstig verstoorde onderlinge verhouding. Zo had Berger lange tijd het idee dat Adelaar de spelersgroep tegen hem opzette en werd de irritatiegrens bij Berger overschreden, maanden voor dit bij Adelaar gebeurde.

Daarna kwalificeerde Bloemink Adelaars verontwaardiging over het niet nakomen van de toezegging dat er twee spelers bij zouden komen als onterecht, omdat daarover alleen een intentie was uitgesproken en geen concrete toezegging was gedaan. De voorzitter repte aanvankelijk met geen woord over Adelaars mededeling dat de club sowieso deze zomer een speler gaat verkopen.

Toen Bloemink daar naar werd gevraagd, kwam hij met zo'n ondoorgrondelijke woordenbrij voor de dag dat er met geen mogelijkheid een ja of een nee uit viel op te maken. Technisch directeur Berger deed er ondertussen wijselijk het zwijgen toe, want vanuit zijn verantwoordelijkheid is het lucratief verkopen van één of meer spelers wellicht wenselijk. De enige die over dit onderwerp klare taal sprak was de kersverse trainer Booy. "De afspraak is dat de groep zoals die nu is, er ook op de eerste training staat."

zoek naar gerelateerde artikelen

ma 27 mei 2002