NEW YORK - De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft gisteren unaniem ingestemd met herziening van de sancties tegen Irak. De resolutie voorziet in een versoepeling van de sancties, met name de regels voor import van civiele goederen. De VN stelden de sancties in nadat het regime van Saddam Hoessein twaalf jaar geleden het buurland Koeweit was binnengevallen.
Het olie-voor-voedselprogramma, dat Bagdad toestaat olie te verkopen om van de opbrengst onder toezicht van de VN voedsel en medicijnen te kopen, wordt met zes maanden verlengd. In 1996 werd dit programma ingevoerd om Irak in ruil voor olie te voorzien van eerste levensbehoeften, maar inmiddels is het uitgebreid en omvat het ook onderwijs, water en andere openbare voorzieningen.
De nu aangenomen resolutie bevat een lange lijst van goederen die de VN moeten inspecteren voordat ze naar Irak kunnen worden gestuurd. De goederen op de lijst variëren van telecommunicatieapparatuur tot geavanceerde landbouwmachines. Irak kan alle andere humanitaire goederen echter vrijelijk importeren.
De sancties tegen Irak kunnen pas worden opgeheven als VN-inspecteurs hebben vastgesteld dat het land zijn programma's voor biologische, chemische en nucleaire wapens heeft ontmanteld. Sinds december 1998 laat Irak deze inspecteurs niet meer toe. Secretaris-generaal Kofi Annan van de VN en minister van Buitenlandse Zaken Naji Sabri van Irak zijn in onderhandeling over hervatting van de wapeninspecties. Een nieuwe ronde gesprekken wordt eind mei verwacht.
Einde
Met de stemming komt een einde aan maanden van onderhandelingen tussen Rusland, dat de sancties wil opheffen, en de VS, die Saddam met geweld ten val dreigen te brengen als hij hervatting van de VN-wapeninspecties niet toestaat.
Op het laatste moment besloot ook Iraks buurland Syrië voor de resolutie te stemmen, ondanks eerdere bezwaren. Op de sancties bestond veel kritiek, omdat vooral de Iraakse bevolking hierdoor werd getroffen. De sancties treffen vooral de mensen die medische hulp nodig hebben.
Op dit moment is er voor zo'n vijf miljard euro aan contracten opgeschort, ongeveer negentig procent door de VS en tien procent door Groot-Brittannië, omdat de goederen voor militaire doeleinden kunnen worden gebruikt.
(AP/Reuters) |