AMSTERDAM - "Geen gemekker, geitenmelk is lekker!", luidt de slogan van Zuivelbedrijf Den Eelder uit het Gelderse Well. Vorig jaar bracht het twaalf werknemers tellende bedrijf de dagverse zuivel geitenyoghurt, -melk, -karnemelk en -vanillevla op de markt. "We zagen een niche", legt directeur Ernst van der Schans uit. Met hem zagen vele boeren dat. De geitenbranche is op dit moment de enige branche in de veehouderij die groeit.
Het aantal melkgeiten nam vorig jaar toe tot 116.000. In 1993 waren dit er nog geen 35.000. Het totaal aantal boeren dat melkgeiten houdt, bedraagt op dit moment 865. Nog wat meer cijfers om het beeld te completeren: de groei van de Nederlandse geitenstapel vindt voornamelijk plaats op boerderijen met 100 geiten of meer. Ruim 300 boeren melken dagelijks elk rond de 360 geiten. Op de grootste bedrijven worden dagelijks zo'n 700 geiten gemolken.
Volgens Cor Pierik van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft de groei in de melkgeitensector te maken met het feit dat boeren met runderen niet meer kunnen uitbreiden. "Wil je nog wat, dan is de geitensector een goede optie. Daarbij komt nog eens dat de belangstelling voor producten uit geitenmelk sterk is toegenomen."
Dat laatste heeft volgens Pierik onder meer te maken met het groeiend aantal mensen met een koemelkallergie. Hierdoor zijn mensen meer aangewezen op andere zuivelproducten, zoals bijvoorbeeld geitenmelk. Ook wordt geitenkaas steeds populairder.
Zuivelbedrijf Den Eelder past in het voorbeeldboekje van het CBS. "Van origine zijn we een melkkoeienhouderij. Twaalf jaar geleden zijn we een zuivelbedrijf begonnen, waarin we sinds een jaar ook aangekochte melk van geiten verwerken." Den Eelder merkte dat steeds meer mensen vroegen om dagverse zuivel van geitenmelk. "Vanuit die ontwikkelingen hebben we besloten er op in te springen. Voor Campina en dat soort grote bedrijven is de markt voor geitenmelk veel te klein."
Zelf melkgeiten houden zag Den Eelder niet zitten. "Dat is toch een hele andere tak van sport", legt hij zijn keuze uit. Voorzitter van de vakgroep schapen- en geitenhouderij van de Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland, Rein Boersma, beaamt dat. "Als mensen overwegen om er geiten bij te nemen of zelfs helemaal op melkgeiten willen overstappen, raad ik ze aan om eerst naar een melkgeitenbedrijf te gaan. Geiten zijn lieve beesten, maar veel moeilijker in de omgang dan koeien of varkens. Ze zijn heel nieuwsgierig en het zijn echte gezelligheidsdieren. Bovendien zijn ze veel kieskeuriger met voer."
Boersma vertelt dat de groei in de melkgeitenbranche de laatste vijf jaar ontzettend hard is gegaan: "De melkproductie is in die tijd ruim verdubbeld, van 40 miljoen kilo naar 90 miljoen kilo per jaar. De afzetmarkt moet die enorme groei natuurlijk wel kunnen bijbenen."
Uit gegevens van het CBS blijkt dat de meeste boeren die in 2001 zijn overgestapt op melkgeiten in Friesland, Gelderland en Utrecht wonen. In Noord-Brabant bevinden zich de meeste geitenhouders: hier huist ongeveer 40% van de melkgeitenstapel. Alphen-Chaam en Oirschot voeren de lijst aan van de tien geitenrijkste gemeenten in Nederland. In Alphen-Chaam bevinden zich 4000 melkgeiten, in Oirschot 3500.
Verder staan de Brabantse gemeenten Tilburg, Haaren, Lith en Maasdonk in de geiten-toptien.