AMSTERDAM - De gemeente Valkenburg onderzoekt waarom stoffelijke overschotten op de begraafplaats aan de Cauberg in Valkenburg te langzaam vergaan. Het gaat om lichamen die zijn bijgezet in de honderden insteekgraven in de mergelwand van de Cauberg. Uit steekproeven blijkt dat het verteringsproces veel te traag verloopt.
Bij de unieke begraafplaats zijn insteekgraven in de mergelwand uitgekapt. Het gaat om drie boven elkaar gelegen galerijen met enkele honderden graven. Wegens de enorme belangstelling wil de gemeente een vierde galerij aanbrengen met zo'n 180 graven. De eerste galerij is alleen uit mergel gehouwen, de erboven gelegen galerijen bestaan uit prefab-betonnen elementen. Onderzoek bracht aan het licht dat in die laatste sprake is van betonrot. Deze graven worden opgeknapt tijdens de aanleg van de nieuwe galerij.
Bij het onderzoek bleek ook dat de lijken, vooral in de betonnen graven, nauwelijks vergaan. Volgens een woordvoerder van de gemeente zijn sommige lichamen na dertig jaar nog vrijwel intact, doordat er te weinig zuurstof bij de stoffelijke overschotten komt.
"Onze eerste indruk is dat het hierbij om een constructiefout gaat, bijvoorbeeld door het gebruik van verkeerde afdichtingskit", legt de woordvoerder uit. "Is dat zo, dan kunnen we het probleem makkelijk oplossen. Dan gaan we de zuurstoftoevoer aan de achterkant van de graven verbeteren."
(ANP)