STOCKHOLM - Het Zweedse telecomconcern Ericsson zet vraagtekens bij de hooggespannen verwachtingen van KPN's nieuwste snufje op het gebied van mobiele communicatie, i-mode. Terwijl KPN niet uitgepraat raakt over de voordelen van i-mode, tempert Ericsson het enthousiasme.
Het kan voor KPN wel eens een kwestie van lange adem worden, waarschuwt Ericsson-directeur Henrik Palsson. Soms duurt het jaren voordat een nieuw product of een nieuwe dienst echt doorbreekt en een massa-artikel wordt, zegt hij.
En zijn onderneming kan het weten. Groot geworden in de bouw van telecomnetwerken voor de lokale ptt's over de gehele wereld, is Ericsson zich ook steeds meer gaan richten op de consumentenmarkt, de laatste 20 jaar vooral op het gebied van mobiele communicatie.
Dat gebeurde met wisselend succes. Niet alle nieuwtjes werden door de consument zo snel omarmd als de fabrikant voor ogen stond. Volgens Palsson was dat soms te wijten aan Ericsson, maar veelal ook de schuld van de aanbieders van nieuwe diensten. Die beloven vaak meer dan ze in de praktijk kunnen waarmaken. Dat leidt dan tot teleurstellingen bij consumenten. Abonnementen worden opgezegd en apparaatjes verdwijnen in een la.
Dat gevaar van teleurgestelde consumenten dreigt ook bij KPN's i-mode, een in Japan door NTT DoCoMo ontwikkelde technologie die het mogelijk maakt om via een mobieltje toegang te krijgen tot het internet.
In Japan is i-mode met 33 miljoen gebruikers een overweldigend succes gebleken. Maar dat succes vertalen naar de Europese markt is als het vergelijken van appels met peren, meent Lukas Daalder, analist bij Oyens & Van Eeghen. Niet alleen omdat Japanners veel minder toegang tot internet hebben, ook omdat men in Europa minder snel bereid is zijn oude mobieltje door een nieuw exemplaar te vervangen. En dat moet nu eenmaal, wil men gebruik maken van i-mode.
Palsson voegt daar nog aan toe dat taalproblemen bij de Japanners een verklaring kunnen zijn voor het succes daar van i-mode. Want surfen op het internet betekent eigenlijk automatisch dat men de Engelse taal machtig moet zijn. Maar daar schort het bij Japanners nogal eens aan. Dan zijn de in het Japans opgestelde sites van hun i-mode een goede oplossing.
Uit een wereldwijd onderzoek bleek dat het na een introductie soms wel vijf jaar duurt voordat een nieuw product echt een massa-artikel wordt. Daarom moeten we niet te vroeg juichen bij nieuwe diensten als i-mode, zegt Palsson.
Want plaatjes verzenden en ontvangen via een mobieltje ziet er allemaal erg leuk en spannend uit, voorlopig blijft het door de technische beperkingen echter behelpen. Foto's en afbeeldingen zijn nogal eens wazig door de lage resolutie waarmee de plaatjes moeten worden overgeseind. Dat komt omdat er nu nog gebruik wordt gemaakt van het gprs-netwerk. Een netwerk dat weliswaar veel sneller is dan het vertrouwde gsm-net, maar nog steeds in het niet valt bij het volgend jaar in gebruik te nemen supersnelle umts-netwerk.
Een betere kwaliteit van de plaatjes kan men bereiken door een hogere resolutie te gebruiken. Maar dat betekent dat men veel meer kilobytes door de lucht moet jagen. Een extra belasting van het netwerk en duurder voor de klant. Met de flop van het zeer trage wap, dat ook mobiel internetten mogelijk moest maken, nog vers in het geheugen is men dan ook zeer kritisch geworden bij het beoordelen van nieuwe diensten als i-mode.
Ook analist Daalder heeft zijn twijfels over een mogelijk snel doorbreken van i-mode. Volgens hem is de nieuwe dienst ook in Japan pas langzaam van de grond gekomen. De doelstellingen van KPN om dit jaar 100.000 gebruikers in Nederland en 400.000 tot 600.000 i-mode gebruikers in Duitsland te hebben, noemt hij dan ook wel erg optimistisch.
KPN heeft vanaf de introductie van i-mode in Europa er steeds de nadruk op gelegd dat het succes vooral afhangt van de aangeboden diensten die via het flitsend ogende mobieltje op het kleurenscherm kunnen worden ontvangen. Een mobieltje dat nu alleen nog door het Japanse NEC wordt geleverd, binnenkort gevolgd door mobieltjes van Toshiba, Nokia en Ericsson zelf.
KPN ziet i-mode als een soort testcase voor de umts-technologie, waarbij ook het versturen van bewegende beelden (videoclips) mogelijk maakt. In hoeverre er sprake is van een succes sinds de introductie in Duitsland en Nederland blijft onduidelijk. Een woordvoerder van het telecomconcern wilde gisteren geen commentaar geven. Berichten in een Japanse krant dat de recente prijsverlaging in Duitsland voor i-mode gebruikers te maken had met tegenvallende verkopen werden eerder wel door de concerntop tegengesproken. Het zou gaan om een normale marketing-strategie.
Ericsson is met een omzet van ruim €25 miljard over 2001 nog steeds een van de grootste leveranciers van netwerkapparatuur ter wereld. De algehele malaise in de telecomindustrie zet het resultaat van het concern dit jaar echter zwaar onder druk.