Het Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuws
za 24 maart 2001  
---
Telegraaf-i
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
---
Ga naar 
Auto's 
Reis & Vakantie 
Wonen 
Baan & Carrière 
Financieel actueel 
Show & Film 
Weerberichten 
Souvenirs 
---
Kopen 
Vraag & Aanbod 
Veiling 
Koopjesjager 
Winkelen 
---
Met Elkaar 
Live chatten 
Discussiëren 
Kaartje sturen 
E-mailen 
---
Mijn leven 
Horoscopen 
Psychologie 
---
Contact 
Adverteren 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
[terug]
 D E   T E L E G R A A F   B U I T E N L A N D 
 
  Arrestatie verdachte
aanslag katoenfabriek

Van onze correspondent

   
 

PEKING - De hoofdverdachte van een bomaanslag op de barakken van een katoenfabriek in de Chinese industriestad Shijiazhuang, de 40-jarige dove Jin Ruchao, is gisteren door de politie gearresteerd. Bij de aanslag afgelopen week kwamen tenminste 108 mensen om het leven.

Over de motieven van Jin Ruchao wil de politie geen mededelingen doen. Wel is bekend dat Jin werkzaam was in katoenfabriek nummer drie. Die fabriek had net als honderden andere noodlijdende staatsbedrijven in China vele arbeiders de laan uitgestuurd.

Bomaanslagen zijn de laatste tijd aan de orde van de dag in China. Voor woedende of doorgeslagen Chinezen zijn bommen het meest favoriete wapen. Pistolen of geweren zijn voor de gewone man niet of nauwelijks te koop. Explosieven zijn evenwel volop aanwezig en gemakkelijk verkrijgbaar omdat die nodig zijn in de bouw en de mijnindustrie. In veel landelijke gebieden worden ze zelfs zonder vergunning in winkels verkocht. Veel ontplofbaar materiaal wordt gebruikt om vuurwerk van te maken.

"In dorpen even buiten Peking worden de ingrediënten om buskruit te maken open en bloot in de winkels uitgestald", aldus kenner Zheng Li.

Niet alle buskruit verdwijnt echter in rotjes of siervuurwerk. Hoewel Peking geen officiële cijfers geeft, wekken verslagen in de staatsmedia de indruk dat het aantal bombardementen aan de stijgende hand is en dat de groep gebruikers divers is: misdaadbendes, onafhankelijkheidsstrijders en verwarde, doorgedraaide individuen.

Sinds het midden van de jaren negentig hebben moslimseparatisten in de noordwestelijk provincie Xinjiang herhaaldelijk bomaanslagen gepleegd als protest tegen het Chinese bewind in de provincie. In de Tibetaanse hoofdstad Lhasa, het epicentrum van anti-Chinese gevoelens, zijn de laatste vijf jaar tenminste acht bommen ontploft.

Andere motieven voor bomaanslagen zijn bijvoorbeeld persoonlijke vetes of zakelijke onenigheden. En door de toenemende kloof tussen de succesvolle ondernemingen en de miljoenen ontslagen arbeiders, nemen de spanningen en het geweld toe.

Een bouwvakker die woedend was over zijn ontslag bombardeerde vorig jaar de huisvesting van zijn voormalige bedrijf. Hijzelf, zijn ex-baas en twee andere mensen kwamen daarbij om het leven.




 


za 24 maart 2001

[terug]
     
© 1996-2001 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.