TORRICELLA SICURA - Het gebaar van Erik Dekker zei meer dan duizend woorden en vertelde het verhaal van dit weekeinde. In Torricella Sicura smeet de Rabobank-renner zijn oranje helm tegen de grond en zakte hij door zijn knieën. Met schaafwonden op beide benen en een aantal bloeduitstortingen nam de ontgoochelde Dekker afscheid van twee enerverende dagen waarin zijn ploeg de Tirreno-Adriatico in een wurggreep had kunnen nemen.

Hoewel menig coureur naar adem snakte, werd er niet afgeklopt. De Italiaanse etappekoers kan gezien de onderlinge verschillen opnieuw beginnen. Met het vizier gericht op het Italiaanse Fasso Bortolo en met de Rabobank uit de vuurlinie. Voor even?

"Het wordt een rare koers", voorspelde ploegleider Theo de Rooy met een schuin oog op het algemeen klassement. "Onderweg en aan de finish zijn nog een paar bonificatieseconden te verdienen. De afgelopen weken werden wij door iedereen in de gaten gehouden. Het is niet slecht om nu even uit beeld te zijn. Ik hoorde in de auto van de val van Dekker. Daar ben ik nu nog goed ziek van, want wij hadden zonder zijn pech de tijdrit gewonnen en de leiderstrui gepakt. Omdat Boogerd achterstaat, moet hij zijn concurrenten in de gaten houden en proberen te profiteren van de controle van de Italiaanse ploegen. Helaas zijn het geen koekenbakkers die op kop staan. Een seconde voorsprong kan genoeg zijn."

Boogerd was afgelopen zaterdag dichtbij de ritzege. In de sprint maakte hij een inschattingsfout en werd door Davide Rebellin verslagen. Een dag later reed hij een uitstekende tijdrit, maar nam Sergei Ivanov de leiding in het algemeen klassement over. Hoewel de verschillen gering zijn, zal de Fassa Bortolo-equipe van de geslepen vos Giancarlo Ferretti de komende dagen een tactisch steekspel gaan spelen. Theo de Rooy: "Ivanov heeft maar twee tellen voorsprong, maar hij zit in de verkeerde ploeg. Het is jammer dat Plaza van Festina niet heeft gewonnen, want dan was het jachtseizoen helemaal geopend."

In de tijdrit kon Erik Dekker al na vier kilometer een kruis slaan. Op het glooiende parcours vol haarspeldbochten ging hij in de afdaling onderuit. "Ik kon meteen weer opkrabbelen, maar heb zeker een halve minuut verloren", zei het slachtoffer. "De ketting lag van mijn fiets en na die val heb ik in de bochten geen risico's meer genomen. Niemand kan achteraf bepalen hoeveel ik heb verloren, maar ik had hier zonder pech de tijdrit en de trui kunnen winnen. Het is lang geleden dat ik zo in vorm was in deze tijd van het jaar. Omdat het klassement is gemaakt en omdat ik sinds de Ronde van Valencia last heb van mijn knie ga ik naar huis. Ik denk aan overbelasting. In België kan ik mij beter voorbereiden, want in je eentje duren de dagen hier wel erg lang. Vrijdag ben ik weer terug en ga ik er vanuit dat ik zaterdag gewoon Milaan-Sanremo kan rijden."

Ook voor Michael Boogerd stond het weekeinde in het teken van de tegenstelling. De koninginnerit was voor de Hagenees een uitgelezen kans om zijn slag te slaan. In de sprint bergop toonde Rebellin over iets meer raffinement te beschikken door de kortste weg te nemen. Daardoor raakte Boogerd ingesloten en werd hij tweede.

"Stom, stom stom. Ik kwam er nog naast en toen reed hij richting het hek. Logisch. Stom, stom. Ik had vaart, wilde komen, maar hij nam de kortste weg. Ik kon mijn ei niet kwijt, durfde er niet langs. Als de rit iets langer is, heb ik hem te pakken. Stom stom, stom."

Een etmaal later was de stemming bij Boogerd net zo zonnig als het weer aan de Adriatische kust. Na drie kilometer was hij al zeventien seconden sneller dan ploeggenoot Marc Wauters. Op de streep leverde hij ten opzichte van winnaar Roberto Petito vijftien tellen in.

De komende dagen kan de Rabobank op jacht gaan naar het tweede dagsucces. Vandaag wacht een vlakke etappe van Torre San Patrizio naar Monte San Pietrangeli. Kort, maar niet bijzonder krachtig. Als laatste serieuze test voor Milaan-Sanremo staat morgen de langste rit op het programma. Het criterium rond San Benedetto del Tronto van woensdag krijgt traditioneel een massasprint als afsluiting.

"Wij krijgen nog drie kansen", keek De Rooy vooruit. "De Tirreno is nog niet gedaan."