ZWOLLE - De autobotsing met een ree, ruim drie maanden vóór de dood van Kampense Maartje Pieck (15), heeft een van de belangrijke bewijzen voortgebracht tegen de buurtgenoot die heeft bekend dat hij haar met een stukje nylontouw op zijn zolder heeft gewurgd.
De vriendin van verdachte Jan H. (38) had op 1 april vorig jaar een aanrijding met een ree, waarbij de gril van haar auto was gevallen. H. borg de gril op in de kofferbak van zijn Mercedes. Zowel op het ontzielde lichaam van Maartje, gedumpt in het Roggebotsebos (Dronten), als in die auto, zouden later haren van zo'n hertje worden aangetroffen.
In Zwolle eiste gisteren officier van justitie mevr. mr. C. Schaap, naast tbs-dwangverpleging, een gevangenisstraf van achttien jaar tegen de man die in gevangenschap kennelijk, sinds zijn arrestatie in september, zijn gruwelgeheim heeft kunnen bewaren, getuige zijn gisteren in de rechtszaal uitgesproken verwachting: "Als bekend wordt waar ik voor zit, breekt de hel los in het huis van bewaring."
Jan H. was de bewoner van het laatste huis in de Kampense straat Veenmos, waar de net voor het mavo-eindexamen geslaagde Maartje op 11 juli een folder van Intertoys had bezorgd.
H., die in zijn bijkeuken net een vieux-fles weggooide, hoorde de brievenbus klepperen en zag haar toen terugkomen van de voordeur. Aan een arm en aan haar haren moet hij haar naar binnen hebben getrokken en naar zijn zolder hebben gesleurd. "Toen ik haar zag ging er een knop om", heeft hij gezegd. En : "Ik móest en zóu haar hebben. Ik wilde haar zíen, vóelen." Op de vraag waarom, was zijn antwoord slechts: "Omdat ik het wil."
Op zolder gaf hij het meisje het bevel zich te ontkleden. Hij betastte haar van top tot teen, zelfs tot op de intiemste plek, hetgeen juridisch als verkrachting kan worden opgevat. Ook had hij Maartje gedwongen toe te zien hoe hij zichzelf bevredigde. "Toen begon zij vreselijk te gillen. Zó intens.. ik was volledig in paniek. Het moest ophouden. Ik zag dat witte touwtje op de grond. Ik sloeg het om haar nek, trok het aan en knoopte het vast. Ze werd blauw. Ik schrok. Ik kon de knopen niet los krijgen. Beneden haalde ik een broodmes. Ik sneed meteen het touw door. Maar het was te laat."
Uit het buurtonderzoek van de politie zou later blijken dat zes personen die avond inderdaad, vermoedelijk door het openstaande dakraam, angstaanjagend gegil en doordringend gekrijs hadden horen weerklinken.
H. zei gisteren dat hij nog een poosje bij Maartje was blijven zitten. "Ik heb gejankt. Gesmeekt of ze weer bij wou komen." Maar daarna droeg hij haar in een hoeslaken naar zijn auto, voordat hij "zomaar" naar zijn buren ging. Die merkten niets bijzonders aan hem. Later die avond bracht hij 't lijkje weg, achter het asielzoekerscentrum, om vervolgens nog even langs te gaan bij een snackbar. Pas weken later ontdeed hij zich van Maartjes kleren en overgebleven foldertjes, in een container langs de A50.
Jan H. heeft geen verleden als zedendelinquent, ook al zijn op dat gebied wel aangiften tegen hem gedaan door een stiefdochter, een jonger zusje dat werd gedwongen met een mes op de keel, en een Engelse dame die na cafébezoek in Zandvoort door hem belaagd zou zijn.
Er is bij hem een ernstige persoonlijkheidsstoornis gesignaleerd, waardoor hij op het moment van zijn wandaad verminderd toerekeningsvatbaar was.
Uitspraak: 27 maart.