Peper wordt opnieuw
aan de tand gevoeld
Van onze verslaggevers - DEN HAAG/ROTTERDAM, maandag
Minister Peper van Binnenlandse Zaken wordt binnen enkele dagen voor
een tweede keer aan de tand gevoeld door de Commissie tot Onderzoek van
de Rekening (COR) die de waarheid boven tafel probeert te halen over de
financiële handel en wandel van de oud-burgemeester van Rotterdam.
De minister, die sinds vorig jaar door diverse, veelal anonieme bronnen
wordt beschuldigd van grootscheepse fraude met gemeenschapsgeld in Rotterdam,
heeft nog altijd een rotsvast vertrouwen in een goede afloop. Peper blijft
volhouden dat hij alle uitgaven die hij deed als burgemeester van Rotterdam
kan verantwoorden.
Ingewijden zeggen dat Peper het onderzoek "nogal amateuristisch"
vindt, zo heeft hij geconstateerd tijdens het eerste gesprek met de COR
dat afgelopen vrijdag plaatshad.
Beschuldigingen
In PvdA-kringen hoopt men dat Peper zijn zelfverzekerde
houding kan volhouden als binnen twee weken het definitieve onderzoeksrapport
naar de vermeende stadhuisfraude wordt gepresenteerd. De partijgenoten
van de bewindsman zijn geschrokken van de zaken die vanuit de onderzoekscommissie
zijn gelekt. Als deze beschuldigingen zoals het niet kunnen verantwoorden
van uitgaven inderdaad ware feiten zijn, kan het nog lastig worden voor
Peper.
De Tweede-Kamerfracties houden voorlopig echter hun kruit droog. Alle
partijen willen eerst de definitieve uitkomsten afwachten. Ook de (grote)
partijen in de Rotterdamse gemeenteraad zeggen eenduidig het rapport te
willen afwachten.
"Eerst de feiten in handen hebben, dan pas reageren", aldus CDA-fractievoorzitter
L. Bolsius gisteren. Zijn VVD-collega N. Janssens is het met hem eens.
PvdA'er P. van Dijk wil wel nadenken over de mogelijke gevolgen van eventuele
aangetoonde misstanden op het stadhuis. "Als bestuurders zich inderdaad
ongepast blijken te hebben gedragen, dan moeten we streng zijn en een
negatief oordeel vellen."
Over de vele reizen die Peper indertijd als burgemeester van Rotterdam
maakte, zegt Van Dijk: "Het was mij bekend, dat Peper vaak in het buitenland
verbleef. Hij zag die reizen altijd in relatie tot zijn functie. Achteraf
is het moeilijk aan te tonen, of deze trips direct wat hebben opgeleverd
voor de stad en de wereldhaven Rotterdam. Indertijd is wat betreft het
nut van die reizen, in ieder geval vaak met de wenkbrauwen gefronst."
M. Kneepkens van de Stadspartij laat er ook geen gras over groeien.
"Het ziet er naar uit, dat het rapport ongunstig uitpakt voor Peper en
andere (voormalige) bestuurders. In dat geval zijn maatregelen onontkoombaar."
|