Van onze correspondent - SINGAPORE, vrijdag
De Indonesische president Abdurrahman Wahid heeft gisteren generaal-majoor Sudrajat, de hoogste militaire woordvoerder, ontslagen. Aanleiding was een verklaring van Sudrajat waarin hij suggereerde dat het staatshoofd niet het laatste woord heeft in zaken die de krijgsmacht betreffen. Hij is inmiddels vervangen door de luchtmacht-generaal Husuado.
Sinds de val van president Soeharto in de zomer van 1998 heeft de krijgsmacht haar ongecontroleerde machtspositie verloren en heeft de reputatie van de militairen ernstige averij opgelopen.
Het geweld waarmee soldaten de rellen rond de machtswisseling beantwoordden, de dood van meerdere studenten die daarvan het gevolg was, de rol die zij speelden voor, tijdens en na het referendum op Oost-Timor en de schendingen van mensenrechten in Atjeh en Irian Jaya, waarvoor meerdere generaals zich vermoedelijk nog zullen moeten verantwoorden, hebben onuitwisbare vlekken op het militaire blazoen gemaakt.
Ook de traditionele rol van de militairen in de Indonesische politiek wordt inmiddels betwist. Daardoor is er tussen de nieuwe burgerregering en de krijgsmacht wrijving ontstaan die geleidelijk het aanzien heeft gekregen van een machtsstrijd. Die heeft inmiddels ook de legertop gespleten.
Er zijn generaals die de taken van de krijgsmacht tot zuiver militaire willen beperken. En er is een fractie die uit alle macht de oude, dominante positie van de militairen in de samenleving wil heroveren.
In het tot dusver voorzichtig gespeelde schaakspel lijkt de president met het ontslag van Sudrajat een belangrijke pion van het bord te hebben geveegd. Hij ondergraaft daarmee tevens de positie van generaal Wiranto, de voormalige opperbevelhebber en Soeharto-aanhanger, die in het kabinet als coördinerend minister voor politieke en veiligheidszaken de belangrijkste vertegenwoordiger van de krijgsmacht is.