Van een onzer redacteuren - AMSTERDAM, donderdag
Het hanteren van twee verschillende btw-tarieven gaat de fietsenmakers
boven de pet. De belangenorganisatie Bovag, die de regels tevergeefs heeft
geprobeerd de doorgronden, doet de verlaging van het btw-tarief voor arbeidsintensieve
diensten per 1 januari van dit jaar dan ook af als "een onwerkbaar gedrocht".
Voor de aanschaf
van een kinderzitje geldt het hoge BTW-tarief , voor de montage van het
zitje op de fiets het lage. 'Heel eenvoudig', aldus het ministerie van
Financiën.
Foto: Oscar Flos
Volgens de Bovag geeft het teveel administratieve rompslomp om klanten
voor de producten uit de winkel het hoge btw-tarief van 17,5% te berekenen
en voor reparatie in de werkplaats het lage tarief van 6%. Het onderscheid
dat vervolgens wordt gemaakt tussen reparatie en montage van artikelen
zoals bijvoorbeeld een kinderzitje gaat de fietsenmakers de pet helemaal
te boven.
"Geldt voor het gebruik van onderdelen voor reparatie dan een ander tarief
dan voor de onderdelen bij montage?", zo vraagt de organisatie zich vertwijfeld
af. De conclusie van de Bovag luidt vervolgens dat over het uurtarief
voor het plakken van een band 6% btw moet worden berekend, maar voor de
montage inclusief de gebruikte onderdelen van het zitje 17,5%.
Dat de Bovag er niet veel van heeft begrepen, mag blijken uit de toelichting
van het ministerie van Financiën. "Het is echt heel eenvoudig", zegt
woordvoerder P. Lamers. "Het lage btw-tarief geldt alleen voor de dienstverlening
en niet voor de verkoop van producten die je ook in de winkel kunt kopen."
"Voor de aanschaf van het kinderzitje geldt gewoon het hoge btw-tarief.
Berekent hij arbeidsloon voor de installatie, dan geldt het lage tarief.
De verwarring ontstaat door het feit dat de fietsenmaker het stoeltje
meestal gratis monteert. In dat geval geldt alleen het hoge tarief van
17,5%; namelijk welke over de aanschaf van het stoeltje wordt berekend",
aldus Lamers in een poging duidelijkheid te verschaffen.
De kappers, schoenmakers en schilders blijken minder moeite te hebben
met de nieuwe btw-regels. "Voor ons is het heel duidelijk", zegt directeur
R. Vos van de kappersvereniging Anko. "Alle handelingen inclusief de noodzakelijke
producten zoals shampoo en kleurspoeling vallen onder het lage tarief.
Verkopen we een flesje shampoo dan geldt het hoge tarief."
Ook de schoenmakers kunnen prima uit de voeten met het systeem. "Voor
ons geldt gewoon het oude stelsel van voor 1993. Het lage tarief voor
de dienstverlening en het hoge tarief voor de verkoop van producten zoals
schoensmeer en sleutelhangers", zegt secretaris J. Waldhober van de Ondernemersunie
in het Schoenambacht.
"Als het voor ons net zo eenvoudig wordt gemaakt als voor de kappers,
schoenmakers en schilders zijn we dik tevreden", aldus Bovag-woordvoerder
R. Boon die vanmorgen duidelijkheid hoopt te verkrijgen op het ministerie.
Maar volgens de schoenmakersbond maakt de Bovag "van een mug een olifant".
"Wij hebben altijd dubbele tarieven gehanteerd. Het is een kwestie van
twee verschillende knoppen die je op de kassa moet indrukken", zegt Waldhober.