Jeltsins nalatenschap:
democratisch Rusland
door Pieter van der Sloot - MOSKOU, maandag
Boris Nikolajevitsj Jeltsin, de reus uit de Oeral,
verliet afgelopen vrijdag op de laatste dag van de vorige eeuw het Russische
podium met dezelfde grillige akkoorden, als waarmee hij dat acht jaar
geleden betrad.
Een prominente plek in de geschiedenis voor Jeltsin is reeds verzekerd. Maar welke dat precies zal zijn, en wat zijn voortijdige vertrek betekent voor de nabije toekomst van het al even grillige en chaotische Rusland, is voer voor historici en waarzeggers.
Net als Michail Gorbatsjov, die als secretaris-generaal
van de Commmunistische Partij met zijn perestroika en glasnost de bijl
zette aan de wortels van het machtige Sovjet-rijk en na de mislukte couppoging
tegen hem in 1991 aftrad, hield Jeltsin te elfder ure de eer aan zichzelf.
Ontroering
Het was een onverwacht afscheid; maar een afscheid in stijl. Toen
de 68-jarige Kremlinleider, gezeten voor een kerstboom en de Russische
vlag, vroeg om 'vergeving' omdat hij er niet in was geslaagd om de dromen
van zijn volk te vervullen, schoot er een golf van ontroering door de
natie. Zelfs de meest cynische Jeltsin-criticasters moesten even slikken.
Maar tegelijkertijd was het eenmeesterzet, een 'millenniumbug' die het Russische politieke landschap in één klap veranderde. In ruil voor immuniteit voor hemzelf en zijn familie die alom worden verdacht van illegale verrijking droeg hij de fakkel over aan de ex-KGB'er en voormalige spion Vladimir Poetin, die de afgelopen zomer nog maar een schim was op de achtergrond.
Jeltsin laateen land achter van bijna 147 miljoen zielen, waar oorlog, economische crisis, sociaal verval, politieke rivaliteit, geografische desintegratie en ecologische ellende behoren tot de dagelijkse zaken des levens. En waar puissante rijkdom van een kleine bovenlaagin schril contrast staat tot gebrek bij de massa. Maar ook een land met een Grondwet, met een min of meer pluriforme maatschappij, met vrijheid van meningsuiting, pers en vergadering. Met kortom een democratie. Hoe gebrekkig functionerend en corrupt ook.
Tsaar 'Boris de Hervormer' beloofde zijn volk in de loop van diens bewind voortdurend meer welvaart, een beter leven, maar zijn droom bleef uiteindelijk steken in het prikkeldraad van de Russische werkelijkheid; en in dat van zijn eigen onvermogen. Door zichzelf keer op keer boven de wet te stellen verzuimde hij bovendien om in Rusland ook maar het geringste besef van 'the rule of law', van een rechtsstaat, te introduceren.
Gorbatsjov creëerde (gewild of ongewild) de omstandigheden
voor het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Het was echter Jeltsin die in
augustus 1991 voor het oog van de wereld op een tank klom om zijn vroegere
bondgenoot en rivaal Gorbatsjov tegen een stelletje reactionaire coupplegers
te verdedigen. Jeltsin behoedde Rusland voor de terugkeer van het communistische
regime, dat het land daarvoor zeventig jaar lang in een bloedige terreurgreep
had gehouden.
Kinderjaren
De vechtersmentaliteit zat er bij Boris al vroeg in. Hij werd geboren
op 1 februari 1931 in een dorpje in de Oeral, als oudste zoon in een boerengezin,
en had ten tijde van Stalins gedwongen collectivisatie van de landbouw
een harde jeugd. "Zo gingen mijn kinderjaren voorbij", schreef hij in
zijn in 1990 verschenen autobiografie Getuigenis van een opposant.
"Tamelijk vreugdeloos: er was geen sprake van lekkernijen, delicatessen
en dergelijke. Alleen maar van overleven, overleven en nog eens overleven..."
De jonge Boris was een echte wildebras. Hij werd van school gestuurd; verloor aan zijn linkerhand twee vingers, toen hij experimenteerde met een paar handgranaten. Hij kaartte, reisde, gokte. Intussen was hij een natuurlijk leider, verzot op volleybal, waaraan hij tijdens zijn studie bouwkunde soms wel zes uur per dag besteedde.
Na zijn studie in 1955 rees zijn ster snel. Op 32-jarige
leeftijd was hij al directeur van een grote bouwonderneming; spoedig daarna
trad hij toe tot de Communistische Partij. Uiteindelijk werd hij in 1976
eerste-partijsecretaris in Sverldlovsk. Het was in die hoedanigheid dat
hij door Gorbatsjov, in het midden van de jaren '80, naar Moskou werd
gehaald.
Schijnproces
Gorbatsjov zag in de energieke Jeltsin een bondgenoot in zijn strijd
voor de hervorming van het tot in al zijn voegen krakende Sovjet-systeem.
Maar Jeltsin, benoemd tot partijchef van Moskou, begon een energieke aanval
op de privileges van de communistische elite. Voorts drong hij aan op
snellere hervormingen. Uiteindelijk werd hij na een schijnproces a la
Stalin door Gorbatsjov en een stelletje conservatieve apparatsjiki uit
het politburo, het hoogste partijorgaan, gezet.
Intussen was Jeltsins reputatie als koppige strijder voor de rechten van de 'gewone Rus' echter tot miljoenen huiskamers doorgedrongen. Na een snelle terugkeer in de politiek als afgevaardigde in het parlement, werd hij in 1991 gekozen tot president van Rusland. In december van dat jaar blies Jeltsin de Sovjet-Unie op en vestigde hij zich als Ruslands eerste democratisch gekozen leider uit de geschiedenis in het Kremlin. Nu kon Boris zich gaan wijden aan zijn taak om Rusland te leiden op het pad van democratie en markteconomie.
Dat Jeltsin gijzelaar van zijn impulsieve karakter daarbij
niet altijd democratisch te werk ging en dat het hem bovendien ontbrak
aan een duidelijke visie, is iets anders. Voortdurend gaf hij blijk aan
al dat democratische gedoe geen boodschap te hebben. Hij deed zich als
een autocraat gelden toen hij in oktober 1993 het (deels nog) uit de Sovjet-tijd
stammende parlement, dat een rivaliserend machtsblok was gaan vormen,
met tanks tot moes liet schieten.
Burgeroorlog
De dramatische gebeurtenissen, die aan meer dan 150 mensen het
leven kostten, resulteerden uiteindelijk in een nieuwe grondwet, die Jeltsin
als president vrijwel onbeperkte volmachten gaf. In december 1994 vielen
Russische tanks de Kaukasus-republiek Tsjetsjenië binnen om het daar
levende onafhankelijkheidsstreven de kop in te drukken: het was het begin
van een gruwelijke burgeroorlog die aan zeker 30.000 mensen het leven
kostte. Inmiddels heeft Moskou zich voor de tweede maal begeven in het
Tsjetsjeense wespennest.
De in gang gezette economische 'hervormingen' hadden onderhand miljoenen Russen werkloos gemaakt. Er ontstond een kloof tussen de 'haves' en de 'have-nots' als nooit tevoren. De kwakkelende gezondheid van de wodkadrinker Jeltsin was al tijden een bron van constante zorg. In 1996 werd hij niettemin herkozen tot president na een onsmakelijke verkiezingscampagne, waarbij het Kremlin werd gefinancierd door een kongsi van de belangrijkste bankiers en zakentycoons in het land.
Dit clubje zogeheten 'oligarchen' had in de beginjaren
van het Jeltsin-regime machtige financiële imperia weten op te bouwen
die behalve banken, oliemaatschappijen, metallurgische bedrijven ook kranten
en tv-stations omvatte. Met de door hen gecontroleerde media wisten zij
de terugkeer van de communisten te voorkomen: en daarmee Jeltsin voor
de rest van zijn tweede termijn schatplichtig te maken.
Schandvlek
Het door de ex-vice-premier Anatoli Tsjoebais begin jaren '90
in gang gezette privatiseringsprogramma is wel de 'grootste diefstal'
uit de geschiedenis genoemd. Jeltsin heeft deze monsterlijke verrijking,
via handjeklap-deals, toegestaan. Het vormt, samen met de Tsjetsjeense
oorlogen, de grootste schandvlek op het blazoen van zijn presidentschap.
Na het ontslag van zijn trouwe bondgenoot en premier Viktor Tsjernomyrdin in 1998 volgde er een hele rits nieuwe premiers Kirijenko, Primakov, Stepasjin, die telkens van Jeltsins de opdracht kregen: zorg dat nu ook de kleine man van de zegeningen van het kapitalisme kan genieten. Niet slechts een kliekje zakenlieden, maffiosi en corrupte politici. Het 'tycoonkapitalisme' moest plaats maken voor 'kapitalisme met een menselijk gezicht'.
Door vijanden tegen elkaar uit te spelen, door te ontslaan en door te dreigen met ontslag, door zijn premiers van tijd tot al als schooljongens in het openbaar de oren te wassen, bleef Boris Nikolajevits zelf immer uit de wind.
Er gloorde zelfs wat hoop toen 'jonge' hervormers als
Sergej Kirijenko en Boris Nemtsov aantraden. Maar al snel kwamen ook zij
er achter: dat het Kremlin een riskant doolhof is van intriges, een cynisch
machtscircus, waarbij geld en politieke macht door types als de Jeltsin-intimus
en zakentycoon Boris Berezovski zodanig met elkaar zijn verweven als nergens
ter wereld. Daarbij leefde Rusland op grote schaal op krediet.
Bijna failliet
Half augustus 1998, toen Rusland
van de ene dag op de andere de roebel devalueerde en een moratorium afkondigde
op het uitbetalen van de buitenlandse schulden, werd alle hoop de grond
in geboord. De boedel die de toenmalige eerste minister Sergej Kirijenko
van Viktor Tsjernomyrdin had geërfd bleek een bijna failliete boedel.
Ook Primakov en Stepasjin konden het tij niet keren.
De deken van welvaart die hier en daar (vooral in Moskou)
over het land was gevallen de Mercedessen in de straten, de winkels, de
dure restaurants en de ontstane middenklasse bleek te bestaan uit een
schijnwelvaart; een façade, een decor.
Presidentsstrijd
Jeltins kroonprins Poetin heeft tot dusver nauwelijks de tijd
gehad om zich druk te maken over de economie. Na een serie bomaanslagen
om Russische woonhuizen (toegeschreven aan Tsjetsjenen, maar nooit bewezen)
is hij nu al maanden bezig met de oorlog in de Kaukasus die hem zijn angstig
hoge populariteit hebben gebracht. Om de kans te verminderen dat deze
door de dreigende zware verliezen op het slagveld vervaagt, is de termijn
voor de presidentsstrijd nu met drie maanden verkort.
De vrijwillige abdicatie van tsaar Boris Jeltsin, 83 jaar na de troonsafstand van tsaar Nicolaas II, was een politiek handjeklap, een verhulde coup. Terwijl zijn 'droeg' (vriend) Helmut Kohl in Duitsland strafrechtelijke vervolging boven het hoofd hangt voor het ontvangen van illegale gelden, mogen Jeltsin en zijn van familie van Poetin op staatskosten beschermd verder leven.
Of Jeltsin en de zijnen daadwerkelijk illegaal hebben gehandeld, is van geen belang. De aan hen verleende immuniteit betekent op voorhand de schending van een van de eerste regels van de rechtsstaat: dat eenieder voor de wet gelijk is.
Zo begint Rusland onder leiding van Vladimir Vladimirovitsj Poetin de nieuwe eeuw, het nieuwe millennium op een wijze, die met de praktijk in het westen nog maar weinig gemeen heeft.
|